Daar zijn we weer en we gaan er fors tegenaan. Wij van de OSB en zij van de Vakbonden of andersom.
Het is weer tijd een nieuwe CAO voor personeel werkzaam in de schoonmaakbranche overeen te komen. De OSB aangevoerd met een eerste en tweede onderhandelaar, meestal leden van het Algemeen Bestuur van OSB.
Ook wordt de inzet van een externe onderhandelaar overwogen in situaties dat bedrijven die namens OSB een directeur als onderhandelaar leveren een beetje teveel aandacht krijgen van vakbonden door op klantlocaties narigheid te veroorzaken. Daarnaast enkele beleidsecretarissen, doordesemd met ambtelijk vakjargon en met kennis van de juridische aspecten. Ook van belang dat zij weten dat als je ergens in de onderhandeling 0,5 % weggeeft het consequenties kan hebben in bijvoorbeeld de ruimte voor pensioen opbouw. In geval dat het juist een speerpunt is van de vakbonden dan is zo’n weggegeven item niet uitruilbaar tegen de eis pensioen premies op het oorspronkelijk niveau te handhaven.
Vanuit de aangesloten schoonmaakbedrijven zijn meer dan zestig managers en stafmedewerkers zonder kosten voor OSB in diverse commissies actief. Vanuit die commissies zijn er delegaties naar het onderhandelingsteam voor consult en advies. Zelfde opdracht als ambtenaren op ministeries waarbij zij moeten opletten dat een of andere politieke, vanuit dat gezichtspunt niet idiote, vraag van de andere partij haalbaar en tevens betaalbaar is. Ook opletten bij een voorstel van de bonden tot een wijziging van een functiebenaming hetgeen tot toekomstige eisen tot hogere honorering kan leiden. Afgedacht van dit risico van al dan niet genuanceerde eisen van beter loon is het risico dat gehele functie hierarchie van schoonmaker derde klas tot specialist omver wordt geduwd.
Er is even pauze, dat komt goed uit want iedereen is druk met extra activiteiten in de laatste weken van het jaar. De kerstpakketten moeten worden gedistribueerd en het jaar worden afgesloten. Die pauze is in het nadeel van de leden van OSB. Zij moeten tenslotte hun klanten informeren over wijzigingen en dat zijn meestal kosten stijgingen die voortvloeien uit de nieuwe afspraken in de CAO.
Klanten zitten van nature niet te wachten op prijsaanpassingen en zeker niet van kosten met terugwerkende kracht. Die tijdsdruk wordt uitgespeeld.
De bonden gaan hun leden raadplegen. Fantastisch die democratie. Wie zijn die leden? Veelal full time schoonmakers in openbaar vervoer (bussen, treinen, metro, vliegtuigen en luchthaven). Dat hurkt ook sterk aan tegen de bondsdichtheid in het openbaar vervoer. Die overige 130.000 partime schoonmakers worden niet of nauwelijks bereikt. Zij zijn geen lid van een vakbond, werken in een ‘sleutelpand’ en in kleine teams in gebouwen die ‘Business Class’ van Harry Mens op zondag meestal niet halen. De implicatie hierbij is dat eisen tot verbetering van loon vooral gericht zal zijn op full-tmers en derhalve ten koste gaat van de financiële ruimte om de partt time schoonmakers mee te laten stijgen in salaris. Aanmoedigings stakingen treffen meestal een universiteit, een groot ziekenuis, openbaar vervoer en het liefst Schiphol. Want publiciteit is dan gegarandeerd. Gehoopt mag worden dat in dat geval gewoon meer loon wordt geeist. De claim van vorig jaar voor meer respect voor schoonmakers (op Schiphol) had een valse klank en heeft bijzonder contra productief gewerkt.
Hans Westerveld, CFM is directeur van Westex Facilitaire Dienstverlening. Hij is oud bestuurslid van het Algemeen Bestuur van OSB en oud bestuurslid van de vereniging van facility managers IFMA Holland.