Eén van de zaken waarmee de Stichting Raad voor Arbeidsverhoudingen Schoonmaak- en Glazenwassersbranche (RAS) zich bezighoudt, is opleiden in de schoonmaakbranche.
Vanaf 2008 is in de CAO geregeld dat werkgevers nieuwe werknemers een opleiding aan moeten bieden waarmee een door de branche erkend diploma wordt verkregen. Ook zijn opleidingen ontwikkeld die aansluiten bij het stelsel van beroepsopleidingen binnen het mbo. Met de veranderingen wil de branche duidelijk maken dat schoonmaken een vak is.
“We hebben de afgelopen periode de gehele methode waarin branche-opleidingen zijn geregeld op de schop genomen”, aldus Marianne Neuteboom, directeur van RAS. Als bureau zorgen wij voor de praktische uitvoering van wat het bestuur besloten heeft. De afgelopen jaren hebben wij bijvoorbeeld veel werk verzet in het kader van het Arbo-convenant. Nu is een modernisering op opleidingsgebied aan de beurt. Tot de vorige CAO ontvingen jaarlijks zo’n zevenduizend medewerkers in de branche een opleiding. Die werd verzorgd door SVS. De werkgever ontving daarvoor op voorhand van ons een scholingsbijdrage. Dat systeem had vanwege een aantal oorzaken een nieuwe insteek nodig. We bereikten daarmee alleen een deel van de zittende medewerkers. Daarnaast is onderwijs een goede methode om mensen naar het vak toe te trekken. Studenten zijn immers de medewerkers van morgen. Daarom wilden we ook een regulier mbo-opleidingstraject realiseren. Dat was in de bestaande structuur onmogelijk.”
Beroepsonderwijs
“We hebben nu voor het reguliere onderwijs een samenwerking met het kenniscentrum Savantis”, vervolgt Neuteboom. “Savantis is voor dit traject het kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven van de branche. Zo’n samenwerking is wettelijk verplicht voor het beroepsonderwijs. Omdat de wetgever het oprichten van nieuwe kenniscentra verboden heeft, hebben we aansluiting gezocht met een bestaande partij. Het beroepsonderwijs werkt met niveaus. Voor niveau 1 volgen wij het AKA-Traject (Arbeidsmarkt Gekwalificeerd Assistent). Er is een module Schoonmaak ontwikkeld die leerlingen die in het AKA traject zitten, kunnen volgen. Deze module leidt op tot assistent schoonmaker. Niveau 2 leidt op tot zelfstandig medewerker schoonmaken en glazenwassen. Er zijn vier uitstroomprofielen: schoonmaker/medewerker vloeronderhoud, glazenwasser/gevelreiniger, reiniger in de voedselverwerkende industrie of reiniger na calamiteiten. Daarna kunnen leerlingen door naar niveau 3, waar ze worden opgeleid tot allround medewerker schoonmaken en glazenwassen in dezelfde uitstroomprofielen als niveau 2. Alle nu ontwikkelde niveaus sluiten aan bij de nieuwe MBO-competentiestructuur. Over de ontwikkeling van niveau 4 zijn nog geen beslissingen genomen.”
Loskoppeling
In het vakonderwijs voor medewerker die al in het beroepsveld werkzaam zijn, heeft ook een belangrijke ontwikkeling plaatsgevonden. Daar is de verbinding tussen RAS en SVS losgekoppeld.Neuteboom: “De RAS heeft nu een aparte BV die de examens organiseert en afneemt. De examens komen tot stand met deskundigheid vanuit de branche. De werkgever is vrij om de weg naar het examen te kiezen. Hij kan daarbij nog steeds gebruik maken van de SVS die vanuit het verleden al heeft bewezen een goed opleidingstraject te verzorgen. Hij is daartoe echter niet verplicht. Hij kan ook kiezen voor een eigen opleiding in het bedrijf of voor het inschakelen van een derde partij, eventueel samen met een collega-bedrijf. Overigens moet de werkgever ook ervoor zorgen dat de medewerker voldoende Nederlands beheerst om het vak uit te oefenen. Daarbij gaat het niet zover als bij NT2 (Nederlands als tweede taal), maar zuiver om beroepsgericht taalgebruik bijvoorbeeld om gebruiksaanwijzingen te lezen en instructies te kunnen opvolgen.”
Basismodule
De examens zelf zijn ingrijpend veranderd. Het RAS-examenbureau neemt de examens nieuwe instroom af. Het gaat daarbij om mensen die sinds 1 april 2008 in dienst zijn gekomen. Neuteboom: ”Er is nu een Basismodule Algemene Schoonmaak. Deze basismodule beschrijft de kennis en vaardigheden waarover iedere medewerker nieuwe instroom algemene schoonmaak moet beschikken. Het gaat dan om interieuronderhoud. sanitaironderhoud, vloeronderhoud en algemene vaardigheden. De basismodule is voor alle nieuwe medewerkers algemene schoonmaak gelijk én verplicht. Afhankelijk van waar een werknemer werkzaam is, is het mogelijk in aanvullende modules een examen te doen. Er zijn nu vier modules: hotels, gezondheidszorg, recreatiebungalows en particulieren.”
Betaling achteraf
Een belangrijke verandering voor werkgevers is de financiering. “Voorheen werd de opleiding op basis van voorschot gefinancierd ”, aldus Neuteboom. “Nu hebben we de financiering omgedraaid. Er wordt pas betaald als het examen behaald is. Hiermee denken we de betrokkenheid in de branche te verhogen. De vergoeding is minder hoog geworden omdat het vergoedingsbudget nu moet worden uitgemeerd over meer mensen Daar staat tegenover dat we ervoor gezorgd hebben dat in bepaalde gevallen een ESF-subsidie bovenop de RAS-vergoeding mogelijk is, bijvoorbeeld voor taalonderwijs en voor kader-, vak- en veiligheidsopleidingen. Met al deze veranderingen verwachten we beter aan te sluiten bij wat de markt vraagt en wat werkgevers en -nemers verwachten. Maar bovenal willen we er duidelijk mee maken dat we een serieuze branche zijn waarin innovatie, vakkennis en vaardigheden belangrijk zijn.”
Stichting Raad voor Arbeidsverhoudingen Schoonmaak- en Glazenwassersbranche (RAS)
T 013-5944844
Mail info@ras.nl