Analyse van mogelijkheden, onmogelijkheden en onzin
Door Hans Sinnige, redactieraadlid Clean Totaal
Uitgaande van het feit dat in een afvalwaterzuivering de micro-organismen alle organische vervuiling afbreken, zou je kunnen filosoferen dat je een reiniger zou kunnen maken waarin je deze bacteriën verwerkt. En inderdaad zijn er mensen op het idee gekomen om dit soort producten in de markt te zetten. Maar zo eenvoudig als het lijkt, is het nu ook weer niet. Het werkt in ieder geval niet als je een handvol zuiveringsslib aan je emmer sop toevoegt. Hoe het dan wel moet proberen we in dit artikel helder te maken.
De eerste keer dat ik geconfronteerd werd met een product op basis van levende micro-organismen was in 1988 op de ISSA exhibition in Las Vegas. Die tentoonstelling was toen nog het belangrijkste evenement op het gebied van reinigen. Nu is dat onze eigen Interclean.
Destijds werden de op micro-organismen gebaseerde producten nog uitsluitend gepositioneerd als drain cleaners. Inmiddels zijn we zo’n dikke twintig jaar verder en het is tijd voor een analyse van de ontwikkelingen. Zoals zo vaak gebeurt als er een schijnbaar spectaculair nieuwe technologie opduikt, stortten zich serieuze en minder serieuze aanbieders op het concept reinigen met micro-organismen. Maar nadat het kaf zich vanzelf van het koren heeft gescheiden, is de markt voor deze technologie nu erg overzichtelijk.
Keuringsdienst
Wat erg heeft geholpen bij het scheiden van de zin en onzin was een onderzoek van de toenmalige Keuringsdienst van Waren, nu Voedsel en Warenautoriteit. Dat men bij de KvW niet over één nacht ijs ging moge blijken uit het volgende. Ergens in september 1998 heb ik Fokko Dannen van de KvW Groningen gevraagd wat de keuringsdienst vindt van het concept reinigen met bacteriën en hoe men aankijkt tegen de veiligheid van deze producten. Fokko dacht wel dat hij daarover binnen twee weken uitsluitsel zou kunnen geven. Het eindrapport echter werd exact vijf jaar later gepubliceerd, in augustus 2004. Het heet:
BACTERIËLE REINIGERS
Reinigers op basis van micro-organismen met eventuele toevoegingen. Statusrapport over de werking van microbiologische reinigers, de wettelijke aspecten en eventuele gezondheidsrisico’s voor de consument en professionele gebruikers. Rapport nr. ND04o071-3.
De Nederlandse Vereniging van Zeepfabrikanten heeft aan de hand van dit rapport, en in overleg met de KvW en enkele serieuze producenten, een vraag en antwoord lijst gemaakt die ook nog steeds actueel is: ‘Het op de markt brengen van ‘Bacteriële reinigers’. Waaraan dienen reinigers op basis van bacteriën te voldoen en andere veel gestelde vragen over deze producten.NVZ, Februari 2006.
Afbakening van het gebied
Om vast te stellen waarover we in dit artikel praten is het handig om vraag en antwoord 1 en 2 van de NVZ Q&A weer te geven.
1 – Wat is een bacteriële of microbiologische reiniger?
Antwoord: Een bacteriële of ook wel microbiologische reiniger genoemd, is een reinigingsproduct dat met behulp van bacteriën, al dan niet met daaraan toegevoegd enzymen en/of andere ingrediënten, kan reinigen, geuren verdrijven en/of een gootsteen ontstoppen.
2 – Voor welke toepassingen kunnen deze reinigers worden gebruikt of zijn ze geschikt?
Antwoord: De tot dusver bekende toepassingen voor bacteriële reinigers zijn: stankpreventie, chemische toiletten, tapijtreiniging, urinoirs, vetputten, leidingen en pijpen, moeilijk reinigbare plekken (naden, kieren, voegen etc.), septic tanks en gootsteenontstopper. Let wel, deze twee vragen stammen uit het einde van de vorige eeuw maar de antwoorden zijn nog steeds 100% actueel. Men zou dus kunnen stellen dat er weinig nieuws onder de zon is. Navraag bij één van de twee aanbieders van grondstoffen voor dit soort producten in Nederland bevestigt dat. De producten zijn in de laatste decennia effectiever en stabieler gemaakt maar echt nieuwe toepassingen zijn er niet.
Vraag 8 en 11 van de NVZ lijst zijn ook relevant:
8 – Welke toepassingen dienen gemeden te worden?
Antwoord: Het is van te voren niet aan te geven of bepaalde toepassingen geheel uitgesloten moeten worden. Afhankelijk van het beoogde gebruiksdoel moeten meer of minder strenge eisen worden geformuleerd. Deze eisen kunnen bijvoorbeeld relatief mild zijn bij toepassingen buitenshuis.(bijvoorbeeld geurkillers voor plaatsen waar wild wordt geplast). Indien het beoogde doel zou zijn de toepassing binnenshuis, bijvoorbeeld in ziekenhuizen, dan dienen bacteriële reinigers aan zeer strenge voorwaarden te voldoen. Vooralsnog wordt aanbevolen om bacteriën niet in te zetten in reinigingsproducten voor steriele ruimtes. Ook niet in producten die tezamen met directe voedselbereiding ingezet worden. Af te raden is ook het gebruik in producten die gebruikt worden voor luchtbehandelingsystemen. Wat tijdens het KvW-onderzoek ook als ongewenste toepassing werd gezien is het toevoegen van bacterie culturen aan GFT afvalbakken om de geur daarvan te onderdrukken. De stelling van de KvW is dat als het echt gaat stinken je de bak moet schoonmaken. Reden voor deze aanbeveling is dat je niet weet wat er aan rottingsprocessen in een afvalbak aflopen. Mogelijk zou een ongewenste mutatie kunnen optreden tussen de toegevoegde en de van nature aanwezige bacteriën. Deze kans is echter volgens deskundigen bijzonder gering.
11 – Wat zijn de beperkingen van bacteriële reinigers?
Antwoord: Bacteriën kunnen alleen vuil dat door enzymen kan worden afgebroken aanpakken. Anorganische vervuiling kan door bacteriën niet worden verwijderd. Dit betekent dat de veroorzaker van urine geur goed kan worden afgebroken maar kalkresten bijvoorbeeld niet. De formulering van de reiniger met bacteriën moet zodanig zijn dat de beestjes erin kunnen overleven. Daarnaast dienen de gebruiksomstandigheden zodanig te zijn de bacteriesporen zich kunnen vermenigvuldigen. Tijdens het vermenigvuldigen wordt het aanwezige organische vuil afgebroken (=’opgegeten’). Niet alleen de aanwezigheid van organisch vuil (=voeding) maar ook water, de juiste pH, de goed temperatuurbereik en voldoende tijd om te groeien zijn belangrijk voor een effectieve reiniging. Het moge duidelijk zijn dat je bacterie reinigers nooit kunt gebruiken in combinatie met desinfectiemiddelen (bijvoorbeeld chloor) immers die zouden de goede bacteriën afbreken.
Foute claims
Na een woelige periode, waarin bacteriehoudende reinigers soms negatief in het nieuws kwamen, is de Nederlandse markt behoorlijk tot rust gekomen. Er zijn twee serieuze aanbieders van de grondstof voor microbiële reinigers. Dat zijn Novozymes, in Nederland vertegenwoordigd door Haan Special Ingredients in Schoonhoven. De tweede aanbieder is NobleBio in Oldenzaal. We gaan hier geen oordeel geven over de producten van beide aanbieders. Wel wil ik benadrukken dat beide firma’s serieus te nemen zijn. Er zijn verschillende aanbieders van kant en klare producten op basis van de grondstoffen van de ene of de andere grondstofleverancier. In het KvW onderzoek zijn een groot aantal producten die destijds op de markt waren getest. Gebleken is dat lang niet elke aanbieder een pathogeen vrije en goed werkende formulering levert. Voorzichtigheid is dus geboden.
Helaas kan een leverancier van een grondstof geconfronteerd worden met een afnemer die het spul positioneert op een manier die de producent liever niet ziet. Een niet erg geloofwaardige positionering van op micro-organismen gebaseerde producten komt recent uit België. Daar biedt een firma zogenaamde Probiotica aan (PIP-systeem) en hangt aan deze producten allerhande dubieuze claims. Het is goed om hier even de definitie van probiotica weer te geven uit Wikipedia:
“Een probioticum is een preparaat of een product met levende, goed gedefinieerde micro-organismen in voldoende aantallen, dat de microflora in een bepaald orgaan van de gastheer verandert en daarmee een gezondheidsbevorderend effect heeft op de gastheer’.”
De in reinigers gebruikte micro-organismen zijn Bacillus types en absoluut niet van de categorie probiotica. Er wordt beweert dat deze Belgische “probiotica”, die overigens dezelfde zijn als die welke in urinevangers zitten, slechte bacteriën zouden verdringen waardoor desinfecteren op de klassieke manier niet nodig zou zijn. We hebben dit voorgelegd aan de Wageningse emeritus hoogleraar Paul Terpstra die erg duidelijk is in zijn conclusie.
Uit onderzoek blijkt dat er in alle gevallen een reductie aan pathogenen optreed bij toepassing van het PIP-systeem. Deze reductie is gemiddeld 0,4 log-eenheid. In alle gemeten situaties is de reductie lager dan 1 log-eenheid. (let wel: voor een goede desinfectie is een reductie van log 5 vereist). Daarnaast valt op dat de variatie van de 0-meting in dezelfde grootteorde ligt als de gemiddelde PIP-reductie.
In duidelijk Nederlands dus: je kunt met bacteriën niet desinfecteren en de reductie die je met het Belgische systeem krijgt is vergelijkbaar met het effect van normaal reinigen. Dit is volledig in overeenstemming met vraag en antwoord 13 uit de NVZ lijst:
13 – Kunnen bacteriële reinigers ook voor desinfectie worden gebruikt?
Antwoord: Onderzoek heeft aangetoond dat bacteriële reinigers niet kunnen worden gebruikt voor desinfectie.
In het KvW rapport dat dit onderzoek beschrijft is de conclusie duidelijk:
Op grond van het uitgevoerde onderzoek kan niet gesteld worden dat bacteriële reinigers een bactericide werking hebben.
Dezelfde Belgische firma heeft inmiddels een nieuwe foute toepassing gelanceerd, het reinigen van airco systemen met micro-organismen. Men noemt dat Aircobio. Ook hier helpt ons weer de NVZ vraag en antwoord lijst met vraag 16:
16 – Welke risico’s zijn verbonden aan bacteriële reinigers in een spraymiddel?
Antwoord: Omdat de risico’s van dit soort spraymiddelen niet helemaal bekend zijn wordt het gebruik hiervan vooralsnog afgeraden. Dit antwoord wordt onderbouwd in het KvW rapport:
Het toepassen van microbiologische reinigers in aërosolvorm wordt ontraden vanwege het feit dat inhalatie van lage concentraties enzymen tot allergische (astmatische) reacties kan leiden. Wanneer een producent geen enzymen, doch uitsluitend bacteriesporen toepast, dient vooraf een risico inventarisatie plaats te vinden of het product veilig gebruikt kan worden.
Conclusie
Sinds het onderzoek van de Keuringsdienst van Waren in Groningen dat gerapporteerd is in 2004 zijn er geen nieuwe inzichten op het gebied van reinigen met micro-organismen. Dit artikel had dus eigenlijk niet geschreven hoeven worden omdat het KvW-rapport, samen met de vraag en antwoord lijst van de NVZ, de zaak helemaal dekt. Maar het feit dat je kunt melden dat er na tien jaar geen nieuws te melden is, is op zichzelf misschien wel nieuws.
Nog even een paar belangrijke zaken op een rijtje:
- Reinigen met micro-organismen kan een goede mogelijkheid zijn als het gaat om geurproblemen veroorzaakt door rotting van organisch materiaal. De bacteriën komen in poreuze oppervlakken (voegen) op plaatsen waar een klassieke reiniger niet komt.
- Als gootsteenontstopper werken micro-organismen beperkt. Het is mogelijk om regelmatig micro-organismen in de afvoer te doseren waardoor zich geen vetprop kan ontwikkelen. Wel zijn er preparaten in de handel waaraan naast de bacterieculturen nog extra vetafbrekende enzymen (Lipasen) zijn toegevoegd. Dat zou resulteren in afbraak van een vetprop in 24 uur.Maar als de afvoer eenmaal echt dicht zit zul je toch vaak met grof geschut (natriumhydroxide, of mechanisch ontstoppen) moeten komen om het weer open te krijgen.
- Preparaten op basis va micro-organismen desinfecteren niet en brengen ook niet de concentratie “slechte bacteriën” terug tot een aanvaardbaar niveau.
- Gezien het feit dat bij deze producten sprake is van Bacillus-species die in verband gebracht kunnen worden met voedselvergiftigingen, is het sterk af te raden bacteriële reinigers te gebruiken in de omgeving van voedselbereiding. Ook wanneer er sprake is van een omgeving waarin veel contact is met YOPI’s (Young, Old, Pregnant en Immune deficiënts), moet voorzichtig omgegaan worden met het gebruik van bioreinigers. Grof gezegd: je kunt bacteriële reinigers gebruiken tot de hoogte van de toiletpot.
- De werkzaamheid van bacterie reinigers neemt af in de tijd, afhankelijk van tal van factoren. Over het algemeen geldt voor adequaat geconserveerde en geformuleerde vloeibare producten een houdbaarheid van achttien maanden na productie. Reinigen met micro organismen is een goed concept voor een heel klein deel van het reinigingsproces.
Hans Sinnige is vertegenwoordiger van MKB bedrijven in de reinigingsmiddelen branche in verschillende overleg structuren. Hij is tevens directeur van Chemisch Adviesbureau Kievit en lid van de redactieraad van Clean Totaal.
Reageren? redactie@acceptatie.cleantotaal.nl
Lees ook van Hans Sinnige:
Desinfectie, kennis, onkunde en opportunisme
Wat is de waarde van een Milieukeurmerk?
Nanotechnologie tussen wetenschap en commercie
Reacties op dit artikel:
07-07-10 – Erwin van den Eijnde, Militex B.V.
Ik heb het artikel van de heer Sinnige met belangstelling gelezen en ook met enige verwondering. De gegevens waarop de heer Sinnige zich baseert zijn van 2004 en inderdaad er is veel onzin over dit soort middelen in omloop. Wij hebben echter zeer goede ervaringen met dit soort artikelen en gebruiken de sporen om een reinigingsproces te ondersteunen. Wij produceren en ontwikkelen zelf zoals u wellicht weet De resultaten zijn soms ronduit verbluffend. De sporen alleen werken natuurlijk niet dit zou niet alleen te lang duren maar het zal ook geen goed resultaat geven. Door de juiste combinatie te maken wordt alles echter zeer bruikbaar voor de toepassing in de reinigers. Het vernieuwende zit hem in de combinatie’s.
Omtrent de risico’s welke worden geschetst door de heer Sinnige bij gebruik van deze middelen kan ik u mededelen dat ik deze niet met hem deel. Met de juiste partner voor de bacteriën en de juiste risico inventarisatie zijn er geen of veel minder gevaren dan met de conventionele chemische preparaten. Het reinigen van airco systemen is hier een goed voorbeeld van. De verwarring of het werkt als desinfecteer middel wordt ingegeven door de voorspiegeling van bijvoorbeeld Chrisal. Het rare is dat de terminologie pro biotica al aangeeft dat er een effectieven kolonisatie van veel meer bacteriën dan voorheen. Het is een vernieuwende techniek welke zeker zijn weg zal vinden bij de professionele schoonmakers en in het huishouden. Vernieuwing wordt wel vaker geconfronteerd met weerstand totdat het serieus wordt benaderd. Als er eenmaal draagvlak voor is zullen velen het omarmen als het in de praktijk een loos verhaal blijkt te zijn dan zal het weer stoppen. Wat wel een feit is dat als wij met de oude “mindset” blijven zitten er nu en in de toekomst geen innovatie meer mogelijk is. Militex produceert al sedert 1948 producten zowel de conventionele als de microbiologische producten. Een deel van de toekomst van reinigers zal zeker in het vernieuwende aspect van deze twee combinaties liggen.
Militex B.V., Erwin van den Eijnde
26-07-10 – Dr. Robin Temmerman, CEO Chrisal NV/SA
Met grote belangstelling heb ik dit artikel gelezen dat terecht in speelt op de nieuwe evoluties op vlak van milieuvriendelijke en biologische reinigingstechnieken. Na vele decennia van strikt chemische producten heeft innovatie ook in deze sector zijn intrede gedaan, waarbij microbiële of probiotische reiniging de meest in het oog springende is. Het artikel maakt meteen zeer duidelijk dat de ontwikkeling, productie en toepassing van microbiële reinigingsmiddelen geen kinderspel is en met de grootste professionaliteit moet worden omkaderd. Een gegeven wat maar weinig bedrijven in huis hebben.
>Veel minder gelukkig was ik met de voortgang van het artikel waarin gesteld wordt dat Chrisal als producent van de probiotische PIP reinigingsmiddelen een reeks dubieuze claims aan zijn producten verbindt. Met dit schrijven wens ik uw lezers gerust te stellen dat wij als wereldwijd marktleider in microbiële reiniging niets aan het toeval overlaten en zwaar investeren in onderzoek, ontwikkeling en kwaliteitszorg. Volgens Chrisal moet een probiotische reiniger aan de volgende eisen voldoen:
- Veiligheid: De door Chrisal gebruikte micro-organismen zijn allen goedgekeurd voor gebruik in humane voeding en hebben alle vereiste veiligheidstesten doorstaan in samenwerking met onze leveranciers. Hiervoor is Chrisal overgeschakeld naar FDA geregistreerde leveranciers aangezien onze oorspronkelijke Nederlandse leverancier dit niet kon aanleveren.
- Effectiviteit: De werking en voordelen dienen via onafhankelijke studies bewezen te zijn. Hiervoor werkt de Chrisal R&D afdeling al jaren samen met de Universiteit Gent en andere internationale academische instellingen. De onderzoeksrapporten zijn steeds voor onze klanten beschikbaar.
- Kwaliteit: De productie van microbiële producten vereist speciale maatregelen in de productie en kwaliteitscontrole. Dit is bij Chrisal reeds 10 jaar ondergebracht in ons ISO9001:2000 systeem. Ook de stabiliteit van de producten is cruciaal en Chrisal kan als enige een bewaartijd garanderen tot 3 jaar na productie.
- Informatie: Een duidelijke informatie met correcte en onderbouwde claims is van het grootste belang. De probiotische PIP reinigers zijn geen ontsmettingsmiddelen; ze zorgen enkel voor een doorgedreven microscopische vuil- en geurverwijdering; de daaraan gekoppelde daling van het risico op pathogene kiemen is mooi meegenomen maar niet het hoofddoel. Via onze website, folders en vertegenwoordigers wordt de nodige correcte informatie verstrekt. In 2007 hield Chrisal zijn eerste 3-daagse internationaal symposium over probiotische reiniging met academische sprekers.
- Begeleiding: Chrisal biedt toekomstige en bestaande klanten gratis opleiding, begeleiding en microbiële analyses om de toepassing en werking van onze producten te optimaliseren.
- Service: Een optimale bereikbaarheid en persoonlijk contact voor alle vragen; een snelle levering voor onverwachte noden.
Wij hopen met dit schrijven onze bestaande en toekomstige klanten de nodige duidelijkheid te hebben verschaft over de professionaliteit waarmee Chrisal haar producten op de markt brengt. Voor meer vragen kan u steeds surfen naar onze vernieuwde website www.chrisal.com om contact met ons op te nemen. Probiotische reiniging en behandeling van binnenruimten is één van de meest belangrijke innovaties in de reinigingswereld en zal de komende jaren zeer sterk aan belang toenemen. Het artikel van Hans Sinnige speelt dus terecht in op de actualiteit en wij wensen de redactie van Clean Totaal alvast veel succes met dit boeiende tijdschrift.
Dr. Robin Temmerman, CEO Chrisal NV/SA