De RAS heeft onlangs cijfers vrijgegeven over het aantal geslaagden voor de basisvakopleiding schoonmaak over kwartaal 1-2014 en waar de geslaagden werkzaam zijn. De teller bleef steken 2.159 geslaagden. Over heel 2013 slaagden 9.788 personen.
Door de redactie
Het aantal geslaagden voor de basisvakopleiding schoonmaak over de loop der jaren ziet er inmiddels als volgt uit:
2009: 600
2010: 1.895
2011: 3.411
2012: 5.237
2013: 9.788
Inclusief het aantal van 2.159 geslaagden voor kwartaal 1/2014 maakt een totaal van 23.090 geslaagden. Gisteren liet de RAS middels een persbericht weten dat inmiddels het 25.000ste diploma basisvakopleiding algemene schoonmaak is uitgereikt.
Inzicht
Over kartaal 1/2014 leverde Asito 302 geslaagden (heel 2013: 923), CSU 270 (heel 2013: 1547) en Hago 172 (heel 2013: 1156). De waarde van de getallen van deze top-3 is uiteraard betrekkelijk. Immers, de groten hebben ook het meeste personeel en derhalve de meeste kandidaten. Alleen de bedrijven zelf kunnen calculeren welk percentage van het personeelsbestand gediplomeerd is en dat is wat ons betreft het enige cijfer wat telt.
Het zou wellicht een idee zijn schoonmaakbedrijven, als onderdeel van OSB of SieV! Keurmerk, inzage te laten geven in het percentage gediplomeerden ten opzichte van het totale personeelsbestand en dit weer te geven in een soort van rapportcijfer. Dan kan tevens een zuiver vergelijk gemaakt worden over de gehele linie, MKB en groot.
Specialistische opleidingen
Daar waar het basisvakdiploma flink in de lift zit (ongetwijfeld mede door de cao verplichtingen), blijkt het animo voor de specialistische opleidingen tanende. Over kwartaal 1/2014 wordt melding gemaakt van 68 geslaagden.
Het totaal aantal geslaagden voor specialistische opleidingen lag in 2013 nog op 489 (2012: 584, 2011: 423, 2010: 381, 2009: 477). Het totaal aantal geslaagden voor een specialistische opleiding, geteld vanaf 2009, komt hiermee op 2.422.
Reacties opleiders
We vroegen branche opleiders SVS en Carling Opleidingen om een korte reactie op de cijfers.
SVS directeur Charles Scholte liet ons weten niet te willen reageren op deze kwartaalcijfers omdat deze een scheef beeld zouden geven. De halfjaarcijfers zijn volgens Scholte een beter meetmoment omdat voor de zomer veel opleidingen net zijn afgerond.
Carling Opleidingen directeur Gerard Spoor reageert als volgt: “De cijfers over kwartaal 1 lijken weer heel positief. Toch vind ik het enigszins tegenvallen. Extrapolerend naar een heel jaar zou 2014 uitkomen op wederom 9000, net als 2013. De stijging lijkt dus wat af te vlakken. Dat is op zich niet zo vreemd omdat kleinere bedrijven na één of twee groepen hun hele bestand opgeleid hebben. Daar gaat het dus logischerwijs wat stilvallen. Daarnaast zijn het ‘slagingscijfers’. Er zijn ook bedrijven en opleiders die niet het slagingspercentage halen dat ze verwachten. Er zijn dus meer mensen getraind, alleen niet allemaal geslaagd. Dat verschil zou ik ook graag zien. Al met al toch positief dat er geen daling in de ontwikkeling te zien is. Kwartaal 1 is vaak ook een wat rustigere periode na alle feestdagen. Ik verwacht dat het beeld in kwartaal 2 weer wat stijging zal laten zien.“
Over de specialistische opleidingen merkt Spoor op: “Deze kenmerken zich door hoge kosten maar vooral ook door veel lesdagen. Dat ziet men als een praktische belemmering. Met de ingezette wijziging van die opleidingsstructuur voor diverse specialistische opleidingen zal dat beeld zeker veranderen. Ik neem het voorbeeld Reiniging in de Foodsector. Voorheen een lange uitgebreide opleiding die voor iedereen hetzelfde (zwaar) was. In de nieuwe opzet (na de zomer) is dat anders. Iedereen kan de basisopleiding Food volgen. Die opleiding is korter, basaal en voldoet voor art 36 en 38. Daarnaast bestaat dan de vervolgopleiding Food. Die is meer voor leidinggevenden en gaat dus dieper en breder op de stof in. Door die differentiatie word die opleidingen ook toegankelijker voor de reguliere medewerker in die sector. Tevens is het zo dat langzaam aan ook de specialistische opleidingen voor andere opleiders worden vrijgegeven. Dat zal ongetwijfeld ook wat veranderingen teweeg brengen. Mede omdat kostenplaatje en in te zetten lesuren zal wijzigen door het intreden van concurrentie. Dat is natuurlijk een mooie ontwikkeling. De kwaliteit van de opleidingen wordt immers geborgd doordat de RAS die opleidingen dan ook zal examineren.”
U kunt alle cijfers bekijken op www.ras.nl