Sinds 1 januari 2015 geldt de Participatiewet waarin afgesproken is dat werkgevers tot 2026 100.000 banen realiseren voor mensen met een ziekte of handicap en de overheid 25.000. Voorlopig op basis van vrijwilligheid maar als de voorgestelde quota niet gehaald worden, dan volgen een quotumwet en boetes. De facilitaire branche acht zichzelf prima in staat een groot deel van deze 125.000 banen voor haar rekening te nemen omdat ze gewend is te werken met mensen uit de betrokken doelgroepen. Daarvoor circuleert in politiek Den Haag het plan van quotumoverdracht bij inkoop van facilitaire diensten. Staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid staat er open voor en laat een onderzoek verrichten waarvan de uitkomsten rond de zomer verwacht worden. Mochten partijen eruit komen dan zou dat een enorme opsteker zijn voor de facilitaire sector. Ron Steenkuijl, directielid ADG Dienstengroep, bericht.
Door Ron Steenkuijl, directielid ADG Dienstengroep
Vorig jaar zomer betraden we met een stevige delegatie van facilitaire werkgevers en AWVN het fonkelnieuwe gebouw van het ministerie van SZW om een gesprek te voeren met Staatssecretaris Klijnsma. Tijdens dit gesprek hebben wij als facilitaire werkgevers bevestigd bereid en in staat te zijn een aanzienlijke bijdrage te leveren aan de 125.000 garantiebanen die voor 1 januari 2026 een feit moeten zijn.
Gezien de aard en de volume van het werk binnen onze branches en gezien het feit dat onze branches veelal gewend zijn aan het werken met mensen uit de doelgroep van de garantiebanen, zijn juist onze branches onmisbaar als het gaat om het realiseren van deze 125.000 banen. Deze aanzienlijke bijdrage is echter alleen mogelijk als het quotum overdraagbaar wordt gemaakt. Dit artikel ligt de overdraagbaarheid van het quotum toe.
Quotumwet
De Quotumwet bepaalt dat individuele werkgevers verplicht kunnen worden tot het creëren van een bepaald aantal banen voor mensen uit de doelgroep. Wanneer dit aantal niet is gerealiseerd krijgt de werkgever voor het ontbrekend aantal een boete. Deze quotumtelling wordt mogelijk werkelijkheid wanneer werkgevers er niet in slagen om invulling te geven aan de Banenafspraak.
Op dit moment voorziet de Quotumwet dat werkgevers onder de gecreëerde banen mogen meetellen mensen die in dienst zijn gekomen of die via een uitzender bij de werkgever werkzaam zijn. Echter, werkplekken voor mensen die bij deze werkgever werkzaam zijn ter uitvoering van uitbesteed werk tellen niet mee als garantiebaan bij deze werkgever / opdrachtgever. In de wetgeving en berichtgeving omtrent dit fenomeen wordt dit uitbesteed werk veelal “contracting” genoemd.
Bij veel werkgevers zijn werkzaamheden als schoonmaak, beveiliging, receptie, catering, en groenvoorziening door middel van de inkoop van diensten uitbesteed aan gespecialiseerde bedrijven. De opdrachtgevers zullen echter de uitvoerende bedrijven nadrukkelijker aanspreken op of zelfs contractuele afspraken maken over de inzet van mensen uit de doelgroep wanneer dit ook direct bij henzelf meetelt in de mogelijke quotumverplichting.
Motie Heerma
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) onderzoekt naar aanleiding van de motie Heerma c.s., ingediend bij de behandeling van de quotumwet, de mogelijkheid om werkplekken die via de inkoop van arbeidsintensieve diensten zijn gerealiseerd mee te tellen bij de opdrachtgever (zie in PDF bijlage genoemd onder punt 10). Om een bijdrage aan dit onderzoek te leveren, hebben werkgevers gezamenlijk naar een praktische oplossing gezocht. Deze praktische oplossing heeft het doel de banenafspraak en wetgeving (meer werk voor mensen met een arbeidsbeperking) maximaal te helpen invullen en tegelijk werkgevers vrij te laten in de ondernemerskeuze in welke vorm werk uit te laten voeren.
De hoofdvragen
Er spelen twee hoofdvragen:
1. Hoe zorgen we dat de mogelijkheid van quotumoverdracht in lijn is met de filosofie van en bijdraagt aan het doel van de Participatiewet en de BQA-wet (Banenafspraak en Quotum Arbeids beperkten)?
2. Hoe is de quotumoverdracht uitvoerbaar; dat wil zeggen hoe is deze te administreren op zo’n manier dat er sprake is van:
a. Helderheid over welke opdrachtnemers en opdrachtgevers in aanmerking komen voor quotumoverdracht
b. transparantie over de overdracht
c. zo min mogelijk administratieve lasten als het gaat om de aanlevering en verwerking van gegevens door werkgevers, UWV en de Belastingdienst
Quotumoverdracht in lijn met de filosofie van de Participatiewet
Staatssecretaris Klijnsma heeft in onze gesprekken meerdere malen benadrukt dat een overdraagbaarheid van het quotum moet passen binnen de filosofie van de Participatiewet. Deze filosofie komt er kort gezegd op neer dat er voor mensen uit de doelgroep van de banenafspraak sprake moet zijn van een reguliere baan en dat werkgevers zich als goed werkgever moeten gedragen en dat er sprake moet zijn van duurzaam werk in een reguliere omgeving. Staatssecretaris Klijnsma geeft aan ervoor te willen waken dat er “SW-bedrijven 2.0 ontstaan” waar mensen uit de doelgroep voor de garantiebanen wederom afgezonderd van de reguliere arbeidsmarkt werkzaamheden verrichten.
Duurzame inzet: verhouding vast – flex
In het kader van de filosofie van de Participatiewet en de mogelijkheden die werkgevers uit de facilitaire dienstverlening daarin hebben, is het van belang te schetsen aan welke verplichtingen zij zich te houden hebben uit hoofde van de wet en de cao.
Bij de meeste werkgevers uit de branche is sprake van een verhouding tussen vaste en flexibele contracten van zo’n 80 % vast versus 20% flexibel. Deze situatie is helaas tegengesteld aan het beeld dat velen hebben van de werkgevers uit de facilitaire branche. Het was mooi dat wij dit ter plekke aan tafel met Klijnsma konden corrigeren.
Duurzame inzet: duur dienstenovereenkomsten & verlenging
De gemiddelde duur van dienstenovereenkomsten binnen de facilitaire dienstverlening is drie tot vijf jaar. Deze overeenkomsten kan een dienstverlener middels een traject van her-aanbesteding verliezen, maar wordt in veel gevallen voor eenzelfde periode verlengd. Het overdraagbaar maken van het quotum maakt het daarom mogelijk dat facilitair dienstverleners een grote rol kunnen vervullen bij het duurzaam realiseren van arbeidsplaatsen. Immers bij een contract verlenging tussen partijen gaat het vaak al over een opdrachtverlening van 6 jaar. Levenslang een baan bij dezelfde werkgever is niet meer van deze tijd; maar gezien het voorgaande is duurzame inzet voor een substantiële periode goed mogelijk.
Duurzame inzet: contractovername na her-aanbesteding
Trajecten van her-aanbesteding, wettelijke bepalingen rondom overgang van onderneming en afspraken die in cao’s gemaakt worden rondom de overgang van, zorgen in voorkomende gevallen weliswaar voor een wisseling van werkgever, echter niet voor een wisseling van werkplek. Immers, de medewerkers die werkzaam zijn op een bepaald project, blijven op die locatie omdat zij conform voornoemde bepalingen moeten worden overgenomen door de nieuwe opdrachtnemer.
Regulier werk
Als werkgevers in de facilitaire dienstverlening geven wij aan dat we de mensen uit de doelgroep regulier (en waar nodig aangepast) werk bieden tussen de eigen collega’s. Zij zullen zoveel mogelijk in afspraken met hun opdrachtgevers proberen te zorgen voor duurzame werkplekken.
Stimulerende prikkel
Op grond van het bovenstaande en in samenhang met de genoemde voorwaarden voor quotumoverdracht, past quotumoverdracht binnen de filosofie van de Participatiewet en draagt zij bij aan de implementatie ervan in de praktijk. Immers, quotumoverdracht kan juist een enorm stimulerende prikkel bieden aan zowel de werkgevers aan de opdrachtgeverskant als de werkgevers aan de opdrachtnemerskant om ruimte te maken voor mensen uit het doelgroepregister.
Impact van het uitsluiten van overdraagbaarheid van het quotum
Veel werkgevers nemen hun verantwoordelijkheid en nemen mensen met een arbeidsbeperking in dienst of bieden detacheringsplekken. Ze hebben de omvang, de kennis en het takenpakket om goede mogelijkheden te kunnen bieden voor doelgroep medewerkers. Anderzijds zal het ook voor veel (kennisintensieve)organisaties een uitdaging worden om de doelstelling vanuit de Quotumwet te realiseren. Dit omdat het beschikbare werk binnen de core business van bijvoorbeeld een kennisintensieve organisatie (vanaf MBO+ of HBO+ niveau) niet aansluit bij het niveau van een groot deel van de mensen die zijn opgenomen in het doelgroepregister. Functiecreatie en jobcarving bieden in deze situaties maar een heel beperkte oplossing. Het inzetten van doelgroep medewerkers door de facilitaire dienstverlener bij de opdrachtgever kan hiervoor wel deels een oplossing bieden.
Het gaat in deze kwestie dan ook niet zo zeer om wat een enkele organisatie kan doen met het overdraagbaar maken van het quotum, maar wat de facilitaire branche als geheel kan doen. Bij elkaar is ruim 60% van alle facilitaire activiteiten in het bedrijfsleven ondergebracht bij de verschillende leveranciers wat gelijk staat aan een totale omzet van jaarlijks 22 miljard Euro. Het totaal aantal medewerkers dat werkzaam is voor de verschillende dienstverleners bedraagt circa 260.000. Een niet overdraagbaar quotum benut het potentieel wat de facilitaire branche aan garantiebanen kan bieden onvoldoende, met de mogelijke gevolgen voor de te behalen garantiebanen. Immers, de omvang van de facilitaire branche, het niveau van het werk en het volume daarvan en de door de branche opgedane ervaring met mensen uit de doelgroep, maakt dat juist werkgevers uit deze branche de broodnodige bijdrage aan de 125.000 garantiebanen kunnen leveren.
Substantiële bijdrage
Werkgevers uit de facilitaire dienstverlening geven aan, dat wanneer zij gestimuleerd worden om de benodigde investeringen te maken, zich te willen committeren aan een ambitie waarbij een nog nader te noemen garantiebanen tot 2026 worden gerealiseerd. Deze aantallen zullen een zeer substantiële bijdrage leveren aan het totaal van 125.000 banen.
In opdracht van het ministerie van SZW wordt momenteel een onderzoek uitgevoerd of de beoogde quotum overdracht kan bijdragen aan het creëren van extra banen voor mensen met een arbeidsbeperking die ook echt op de werkvloer van de opdrachtgever diensten verrichten en zo ja hoe dit dan uitvoeringstechnisch te realiseren. De resultaten van het onderzoek zullen media mei afgerond worden.
Echte opsteker
Voor de facilitaire sector zou dit een echte opsteker zijn om een maatschappelijk zeer relevante bijdrage te leveren aan de 125.000 banen voor mensen met een arbeidsbeperking. Feitelijk zijn er weinig sectoren zo geëquipeerd als de FM sector. Laten we hopen dat de bureaucratie van de uitvoering ons niet in de wielen rijdt en we feitelijk alle stakeholder op een prettige manier van dienst kunnen zijn. Feitelijk zijn er tenslotte enkel winnaars als de overdracht van het quotum slaagt.
Dit artikel is een door Ron Steenkuijl bewerkte versie uit de notitie opgesteld door AWVN, Normaalste Zaak en Code Commissie voor het ministerie van SZW.