“Vier dagen oriënteren en netwerken”
Van maandag 26 tot en met donderdag 29 april 2010 is letterlijk de hele schoonmaakwereld in Nederland te vinden. Dan vind in de RAI de tweejaarlijkse internationale schoonmaakvakbeurs ISSA/Interclean plaats. Clean Totaal spreekt met Hilke de Vries Product Manager ISSA/INTERCLEAN en Rendy Kee, Communication Manager van Amsterdam Rai over de 23e editie van deze onderscheidende beurs.
In 2008 had de beurs een uitgebreid aanbod van 631 exposanten uit veertig landen. Daarmee werd haar positie als de grootste en internationale vakbeurs in de branche opnieuw versterkt. Ook het bezoekersaantal was met ruim 23.000 weer indrukwekkend. Maar…de economie is inmiddels minder sterk geworden. Wat zal de invloed daarvan zijn? Volgens de Vries zal die invloed relatief klein zijn. “Op het moment liggen we iets voor op de doelstelling voor wat betreft het aantal inschrijvingen. Ongeveer driekwart van het totaal aantal beschikbare vierkante meters (circa 27.000) is nu verkocht. Je ziet wel dat sommige bedrijven wat minder standruimte nemen, maar daar tegenover staat dat het aantal standhouders wel iets toeneemt. Inmiddels is het aantal landen van waaruit de standhouders afkomstig zijn behoorlijk gestegen. We verwachten dat het aantal bezoekers iets daalt. Onder invloed van de recessie zie je dat het aantal bezoekers per bedrijf wat minder groot lijkt te worden. Als je het vraagt, dan hoor je toch geluiden dat bedrijven nu hooguit drie bezoekers naar de beurs laten gaan, terwijl ze voorheen zeker het dubbele aantal mensen zonden.”
Volgens Kee is wat minder bezoekers niet erg: “ Je merkt steeds meer dat voor standhouders het aantal bezoekers minder belangrijk is dan de kwaliteit ervan. De ISSA/INTERCLEAN trekt steeds meer beslissers en dat zijn natuurlijk de interessante mensen voor de standhouder. Deze tendens zie je overigens bij meer beurzen van Amsterdam RAI. Tegenwoordig is ook daar kwaliteit van bezoekers belangrijker geworden dan kwantiteit.”
Magneet
Inmiddels is het merendeel van de standhouders uit het buitenland afkomstig. Dat geldt ook voor de bezoekers. De verhouding ligt ongeveer 70% buitenlanders tegen 30% Nederlanders. Dat is zo gegroeid sinds ISSA en Interclean tien jaar geleden gingen samenwerken. De Vries: “Dat is meteen een groot onderscheid met andere vakbeurzen op dit gebied. Als je bijvoorbeeld kijkt naar Pulire 2009 in Verona zie je dat de verhouding daar juist omgedraaid is. Dat is niet zo vreemd. Nederland is een klein land en heeft een traditionele oriëntatie op het buitenland. Italië is veel groter, meer nationale fabrikanten en een grotere thuismarkt.” De vraag is of de Nederlandse bezoekers nog wel belangrijk zijn voor de Beurs? “Zeker wel”, vervolgt De Vries, “We zijn allereerst oorspronkelijk een Nederlandse beurs. Alleen daarom al vinden we de eigen bezoekers belangrijk. Door het programma dat we bieden zijn we echter steeds interessanter geworden voor buitenlandse bezoekers en exposanten. De goede bereikbaarheid van Amsterdam en het feit dat de RAI aan de rand van deze stad – met voor buitenlanders magische aantrekkingskracht – ligt, speelt daarbij overigens een belangrijke rol. Zeker voor Amerikanen is Amsterdam de toegangspoort voor Europa. Als tweede argument voor het belang van Nederlandse bezoekers kun je het feit noemen dat je hier alle ontwikkelingen en noviteiten overzichtelijk bij elkaar vindt. Natuurlijk zijn bezoeken van vertegenwoordigers en onderzoek via internet belangrijke middelen voor een Nederlands bedrijf om zich te oriënteren op een nieuwe aankoop. Toch is dat voor een beurs geen echte concurrentie. Als iemand serieus inkoopt, wil hij of zij niet het risico lopen een interessant deel van het aanbod te missen. Op de ISSA/Interclean is een zeer compleet overzicht van apparatuur, technieken en chemicaliën aanwezig. Een bezoek geeft de mogelijkheid om producten te zien, te vergelijken en soms ook om ermee te werken. Ten slotte is ook de netwerkfunctie van niet te onderschatten belang. De gehele branche ontmoet elkaar op ISSA/INTERCLEAN.”
Nederlands of internationaal bedrijf?
De beurs is dus onmisbaar voor Nederlandse bezoekers, maar is ze ook zo belangrijk voor Nederlandse standhouders? Dat ligt volgens De Vries genuanceerd. “Er is een flink aantal Nederlandse standhouders, maar niet uit alle sectoren. We zouden graag de schoonmaakbedrijven die vroeger ruim vertegenwoordigd waren weer terug zien op de beursvloer. Bij de vorige editie hebben we daar veel tijd en moeite in gestoken, maar uiteindelijk zijn de inschrijvingen vanuit deze groep achtergebleven bij wat wij hoopten. De voornaamste reden blijkt het minder aanwezig zijn van hun doelgroep, bijvoorbeeld facilitair managers. We denken dat juist deze doelgroep veel te winnen heeft bij een bezoek aan onze beurs, maar je ziet toch dat de interesse voor het schoonmaken daar minder prominent aanwezig is dan zou moeten. Overigens zijn alle grote schoonmaakbedrijven wel op de beurs aanwezig geweest, maar dan als bezoeker. Ze hebben zo uitgebeid gebruik gemaakt van de netwerkfunctie van onze beurs. We zijn nog bezig om te bepalen hoe we deze groep bezoekers en hun klanten beter op de beurs kunnen ondersteunen.” De Vries vertelt verder: “Voor wat betreft de overige sectoren hebben we weinig te klagen over de inschrijvingen. Belangrijk is wel dat veel Nederlandse bedrijven zich niet als zodanig willen presenteren. Vele werken internationaal en hebben ‘toevallig’ een (hoofd)vestiging in ons land. Ze zien zich echter als internationaal bedrijf en niet als Nederlands bedrijf. Daardoor is het beeld van Nederlandse deelname dus wat vertekend.”
Studenten welkom
Speelt het onderwijsveld nog een rol op de beurs? De Vries: “Er zijn zeker contacten met bijvoorbeeld SVS en OSB. We willen het onderwijsveld dan ook meer betrekken bij de beurs. Echter is het voor een internationale vakbeurs toch wat moeizaam om een waardevolle rol in het nationale onderwijs te spelen. Wel zorgen we er in ieder geval voor dat op de laatste dag studenten van harte welkom zijn.”
Start op maandag
De beurs start dit jaar voor het eerst op een maandag vanwege Koninginnedag. Verwacht ISSA/INTERCLEAN daarvan nog effecten? De Vries: “Nee niet echt. Voor buitenlandse bezoekers is het erg aantrekkelijk om in het weekeinde te reizen, zodat ze niet met een jetlag op de beurs komen. Ik denk zelf dat de data minder invloed hebben dan het programma. We hebben een elkaar versterkend programma van seminars gereorganiseerd door ISSA en de Interclean beursvloer. Bovendien is deze beurs niet alleen maar kijken, maar ook doen. We hadden in de voorgaande beurs een vloerenpaviljoen. Dat komt er weer, maar ook een paviljoen met hogedrukreiniging waar we state of the art technieken en apparatuur tonen. Buiten zijn de veegmachines en hoogwerkers. Op al deze plekken kan de bezoeker niet alleen kijken, maar vooral ook uitproberen. Interactiviteit is voor ons een belangrijk uitgangspunt. Het is voor velen een extra stimulans om de beurs te bezoeken.
Informatie: