In 2012 en 2014 publiceerden wij over hemel schreiende toestanden bij de bus schoonmaak. Helaas moeten wij concluderen dat er binnen dit segment nog steeds het nodige aan de hand is. Zo geven grotere schoonmaakorganisaties de opdracht tot schoonmaken van bussen terug en gaan kleinere bedrijven failliet aan deze tak van sport. Opdrachtgevers tekenen wel de Code, maar kiezen toch vooral voor de prijs.
Door Henk Cornelisse, redactielid Clean Totaal
Een voorbeeld is de situatie rondom de bus schoonmaak/rijklaar maken bij Connexxion en Veolia; een tweetal werkmaatschappijen deel uitmakend van het internationale concern Transdev. Wel zeggen deze werkmaatschappijen lering getrokken te hebben uit het verleden. De tijd zal aantonen of de vervoerders hun lesje geleerd hebben .
Transdev
Internationaal is Transdev, met haar hoofdkantoor in Parijs, in twintig landen een vooraanstaande partij op het gebied van het personenvervoer en de mobiele zorg. In Nederland werken er ruim 12.000 mensen onder de vlag van Transdev, wereldwijd zijn dat er bijna 83.000. Onder andere Connexxion, Witte Kruis en Veolia Transport Nederland maken onderdeel uit van Transdev Nederland
Rijklaar maken bussen
Het rijklaar maken van de bussen kent haar eigen dynamiek. Iedere locatie waar dit plaats vindt heeft haar eigen specifieke kenmerken. Zo bestaan er forse verschillen in loopafstanden, in omlopen/roosters en het al dan niet inzetten van clean teams (mensen met afstand tot de arbeidsmarkt die veelal onder regie van Connexxion werken). Voorts dienen de schoonmaakmedewerkers te beschikken over een zogeheten groot-rijbewijs. Er is geen sprake van een eenduidige werkwijze maar daarentegen van een sterk afwijkende werkwijze per locatie.
Faillissementen
Fermie en Vehicle Facility zijn bedrijven die in het recente verleden in het rijklaar maken van de bussen hun Waterloo vonden. December 2016 volgde het faillissement van Suit Facilities. In de loop der tijd hebben bedrijven zoals Succes Schoonmaak en Hago opdrachten voor de bus schoonmaak terug gegeven aan Connexxion c.q. het contract niet verlengd om reden van de geldende prijsstelling. Niet uit luxe zo kunnen we vaststellen.
Wie goed doet, goed ontmoet
In 2014 haalde Connexxion, na het echec in 2012, weer de publiciteit door het contract voor het door Hago rijklaar maken van de Brengbussen in de regio Nijmegen tegen (nog) minder uren en een lagere prijs uit te besteden aan CSU. Een aangekondigde staking werd op het laatste moment afgewend aangezien CSU zich bereid toonde alsnog alle betrokken medewerkers met in achtneming van de geldende cao voorwaarden over te nemen. Hiertoe overigens aangespoord door CNV Vakmensen. Een daad van CSU die werd beloond. Erwin Vos (CSU) “Wij zijn met Connexxion onze samenwerking aan het uitbouwen waar mogelijk.”
Connexxion (1e halte)
Wij legden thans Connexxion de vraag voor welk inkoopbeleid zij hanteren bij het inkopen van de bus schoonmaak.
Woordvoerder Nicky Jansen: “ Bij de inkoop van schoonmaak (o.a. bussen) is bij Connexxion de prijs niet leidend. Met name kwaliteit, financiële positie en een degelijk plan van aanpak (lees ook: overname personeel vorige leverancier) spelen bij de beoordeling van de aanbieding een belangrijke rol. Bij aanbestedingen wordt veelal gebruik gemaakt van een externe schoonmaakdeskundige, enerzijds om er zeker van te zijn dat we met de juiste kundigheid en expertise een nieuw contract afsluiten, anderzijds om te toetsen of de af te sluiten contracten realistisch en haalbaar zijn voor beide partijen (leverancier en Connexxion).”
Volgens deze woordvoerder maakt een schouw van de Connexxion locaties samen met de potentiele leveranciers onderdeel uit van de gunning: “Zo zijn ze volledig op de hoogte van alle zaken die van belang zijn om de juiste prijs te kunnen bepalen. In ons PvE is daarnaast als eis gesteld dat de leverancier zich houdt aan, en handelt conform, de Code Verantwoordelijk Marktgedrag.” Tot zover lijkt de vervoerder ogenschijnlijk op de goede weg te zijn, maar de praktijk wijst anders uit.
Opvallende keuze
Volgens de redactie heeft Vehicle Facility de Code echter nimmer ondertekent en valt het op dat Connexxion zaken doet met kleinere bedrijven of bedrijven die weinig tot geen ervaring hebben in het segment rijklaar maken. Onbekendheid met de specifieke kenmerken binnen dit segment kan funest zijn voor de prijsvorming. Hierdoor zijn mogelijk te verwachten operationele en/of financiële problemen dan ook verre van ondenkbaar.
Woordvoerder Jansen hierover: “Connexxion werkt op dit moment met degelijke, meestal landelijk opererende leveranciers. Daar waar bedrijven (redelijk) nieuw zijn in de markt hebben zij samenwerking gezocht met leveranciers die al langere tijd de schoonmaak van bussen verzorgen. Hiermee voldoen zij aan onze criteria op dit punt. Helaas is het inderdaad zo dat soms een bedrijf failliet gaat. Naar onze mening is dat in de laatste jaren door met name de crisis in alle bedrijfstakken het geval geweest.”
Een opvallende keuze door Connexxion. Zij besteedt uit aan een bedrijf met nauwelijks ervaring qua bus schoonmaak, welk bedrijf vervolgens een samenwerking moet zoeken met een leverancier die wel over ervaring beschikt. Dit terwijl Connexxion eerder stelt dat kwaliteit en een degelijk plan van aanpak zwaarwegende beoordelingscriteria zijn. Hoe heeft een bedrijf met nauwelijks ervaring een acceptabele offerte kunnen maken is de vraag die dit gelijk bij ons oproept.
De recente uitbesteding m.b.t. concessie Arnhem//Nijmegen aan de kleine speler Oostra V.O.F. in combinatie met Willems Schoonmaakbedrijf te Arnhem bijvoorbeeld. Oostra is geen OSB lid en geen ondertekenaar van de Code. Dit bedrijf gaat met name juist het rijklaar maken van de bussen uitvoeren.
Connexxion 2e halte
De werkelijkheid van het niet leidend zijn qua prijs, zoals Connexxion stelt, lijkt ook weerbarstiger.
Bij de redactie is het bekend dat er bij een tender in bijvoorbeeld 2014 door Connexxion plafondbedragen aan de inschrijvende partijen opgelegd werden die ver (> 10%) onder de tot dat moment geldende prijsstelling lagen. Reden voor één van de inschrijvende partijen om de alarmbel te luiden en op onderbouwde wijze aan te geven dat een dergelijk plafondbedrag niet eens kostprijsdekkend was. Het bedrijf kreeg, zoals ons is bevestigd, hierop de reactie dat prijzen boven het genoemde plafondbedrag niet geaccepteerd werden.
Het desbetreffende bedrijf (naam bij de redactie bekend) schreef toch in tegen een marktconform tarief en werd afgeschreven. Woordvoerder Nicky Jansen; “In 2014 is bij de aanvang een plafondbedrag gehanteerd. Dit is echter tijdens het traject niet vastgehouden. Gunning heeft plaatsgevonden boven dit bedrag. Daarbij is niet voor de goedkoopste partij gekozen. Inmiddels zijn op de locaties die in 2014 zijn aanbesteed nieuwe contracten en leveranciers gekomen waarbij is aanbesteed conform de code.”
Dit wekt op zijn minst de indruk dat de inschrijfcriteria achteraf gewijzigd zijn zonder dit naar het alarm slaande schoonmaakbedrijf te communiceren. Is het bedrijf bewust buitenspel gezet? Haaks op de uitleg staat dat een in 2014 aangegaan contract vroegtijdig ingeleverd is wegens een te krap opgelegde begroting.
Geen succes
De samenwerking tussen Connexxion en Succes Schoonmaak bleek niet succesvol en verlieslatend. Reden voor Succes Schoonmaak om begin 2016 de eind 2014 aangegane opdracht al weer terug te geven.
Als argumenten hiervoor noemt Succes Schoonmaak:
- Overname personeel van de rechtsvoorgangers was een grote kostenpost inzake de vaste contracten en extra toeslagen van voorgaande bedrijven.
- Het probleem was een combinatiecontract van rijklaar maken en het grondig reinigen. Het rijklaar maken werd uitbesteed aan Social Return bedrijven. (Clean Teams)
- Contracturen werden echter niet verminderd door toedoen van de vakbonden.
- Opdrachtgevers zijn scherpe onderhandelaars, te krappe begrotingen werden als maximaal budget (plafondbedragen) opgegeven. De omzet was groot in potentie!
- Reiskosten van de medewerkers werden niet vergoed, combinatietaken maken was niet mogelijk. Andere werkzaamheden uit de keten werden door derden uitgevoerd.
- Veroorzaakte schade werd direct verhaald op de schoonmaakbedrijven. Registratie van/of uitzoeken van de schuldvraag was altijd punt van discussie.
- Het logistieke proces, aanrijden bus, reinigen en het terugplaatsen verschilde per locatie. Opdrachtgevers werken met vaste prijzen, onder het motto “Bij de een neem je wat en bij de ander laat je wat”.
- Veelvuldige discussie over wel of niet uitgevoerde werkzaamheden per beurt. Chauffeurs hebben geen gevoel van eigenaarschap omtrent de bussen.
Lessons learned.
Alle mooie woorden van Transdev ten spijt blijft het een feit dat er diverse schoonmaakbedrijven binnen dit segment failliet zijn gegaan en diverse opdrachten zijn teruggegeven. Dit duidt zeker niet op rozengeur en maneschijn in het inkoopbeleid op dit gebied bij Connexxion?
Woordvoerder Nicky Jansen is fair over de lessons learned: “In de trajecten van de afgelopen twee jaar zijn geen plafondbedragen meer gehanteerd. We hanteren daarbij een nieuw concept, te weten TFD.”
TFD staat voor Totale Facilitaire Dienstverlening. Naast schoonmaak worden ook ongediertebestrijding, glasbewassing, groenonderhoud, gladheidsbestrijding etc. meegenomen in de scope. Een TFD aanbesteding richt zich op een hele concessie (meer dan een paar locaties).
“Door deze wijze van aanbesteden creëren we een grotere scope hetgeen aantrekkelijker is voor beide partijen en bieden we regionale bedrijven de kans om ook in te schrijven op de aanbesteding.”
Als voorbeeld noemt Connexxion de concessie aangaande Arnhem en Nijmegen welke is gegund aan de eerdergenoemde regionale partijen SMB Willems en Oostra. Woordvoerder Jansen: ”Deze wijze van contracteren leidt ook tot één aanspreekpunt binnen de leverancier voor meerdere diensten, waardoor de afstemming van processen verbetert. Aangevuld met het contractmanagement (in nauwe samenwerking met de regio’s) aan de zijde van de opdrachtgever ontstaat daarmee een situatie waarin het contract actief gevolgd en bijgestuurd wordt.”
Herverdeling
De werkzaamheden bij Connexxion/Veolia, uitgevoerd door het recent failliet verklaarde Suit Facilities, zijn als volgt ondergebracht: Zuidoost-Brabant is overgegaan naar ICS, Haaglanden is overgenomen door HSU. In Limburg zijn de werkzaamheden (inclusief het vervoer) van Connexxion per 09.12.2016 overgenomen door vervoerder Arriva.
ICS
ICS is een betrekkelijk nieuwe speler binnen het vervoersegment. Zij heeft de ambitie om binnen drie jaar door te groeien naar een top drie speler in dit segment. Hiertoe richtte zij de aparte tak ICS Reizigers & Vervoer op. Naar verluidt heerste er meteen al onvrede over de werkdruk onder de recent overgenomen Connexxion bus schoonmakers.
Bart van der Sluijs, directeur ICS: “Ik zou het niet als onvrede willen betitelen, maar meer als het beschadigd zijn door negatieve ervaringen bij de vorige werkgever. Bovendien ging de uitvraag uit van 200 bussen, terwijl dit er echter –mede door de intrede van de elektrische bussen– 220 bussen zijn. Hierover zijn inmiddels aanvullende afspraken gemaakt met Connexxion.” Om de bus schoonmakers meer bezieling en verantwoording te bieden heeft ICS een bonus regeling bij schadevrij rijden in het leven geroepen.
Van der Sluijs hierover: “Hierbij is sprake van een heldere communicatie richting Connexxion. Als wij situaties waarnemen waardoor het voor de bus schoonmakers lastig wordt te rangeren, met alle mogelijke risico’s op het veroorzaken van schade van dien, dan adresseren wij dit direct bij Connexxion. Samen zoeken we dan naar een oplossing. Dit zorgt ook voor minder stress onder de medewerkers. Tegen de kosten van een schadegeval valt namelijk nauwelijks op te werken.”
Marginale business
Volgens Van der Sluijs is een dergelijke handelswijze nu mogelijk omdat Facilities vanuit Connexxion zich steeds nadrukkelijker manifesteert. Voorheen was het met name een aangelegenheid vanuit Inkoop. De directeur van ICS is hier openhartig over: “Voorheen ging het voornamelijk om de prijs, dat kan ik niet tegenspreken. Niet voor niets hebben diverse partijen zoals Gom, Succes en Hago hun opdracht ingeleverd en is er sprake van faillissementen binnen dit segment. Tel daar nog bij op dat de oude werkwijze tot onvrede leidde van de interne klant, te weten de chauffeurs. Dit omdat hun bus niet goed schoon werd opgeleverd.”
Van der Sluijs vervolgt: “Het blijft overigens nog steeds een vrij marginale business in dit segment, maar de massa maakt het interessant. Ik vertrouw op een bescheiden winstgevendheid.” ICS heeft met betrekking tot de concessie Zuid-Brabant extra dedicated leiding ingezet en de ondersteuning ingeroepen van collega-schoonmaakbedrijf HSU.
Van der Sluijs: ”Vanzelfsprekend zullen we leiding langs de weg der geleidelijkheid in overeenstemming brengen met het door ons gecalculeerde uitgangspunt en zullen we de ondersteuning vanuit HSU gefaseerd afbouwen. Wij zijn blij met hun ondersteuning, maar het blijft natuurlijk wel een concurrent.”
Specialisme wordt onderschat
HSU maakt al een paar jaar de bussen rijklaar bij EBS en Arriva. Directeur Huseyin Taskent van HSU: “Het rijklaar maken van bussen is een vak wat zeer veel specialistische kennis vereist. Dit wordt vaak schromelijk onderschat, wat gelijk blijkt na de opstart. Wij worden regelmatig door nieuwkomers in dit segment gevraagd om hen in raad en daad bij te staan. Tot zekere hoogte werken we hier aan mee. Via een samenwerkingsverband dan wel qua advisering. Zo ondersteunen we momenteel bijvoorbeeld ICS. Hierbij hanteren we echter wel ons prijsniveau, welke wij nodig hebben voor een gezonde bedrijfsvoering, ook op de lange termijn!”
HSU benadrukt dat zij, met succes, al jarenlang het bonussysteem toepassen bij schadevrij rangeren door de bus schoonmakers.
Kind van de rekening
Zoals vaker dreigen de medewerkers het kind van de rekening te worden.
De concessie van Veolia in Limburg, waar Suit Facilities werkzaam was, is recent namelijk gegund aan vervoerder Arriva. Dit betekent voor de bus schoonmaakmedewerkers dat er geen sprake is van contractwisseling maar leverancier wisseling. Hierdoor is formeel de overnameverplichting van het personeel (cao artikel 38) niet van kracht. Tel hierbij op dat deze medewerkers al enige tijd geen salaris ontvingen van Suit Facilities.
Met name CNV Vakmensen heeft zich sterk gemaakt voor deze medewerkers. Inmiddels heeft het UWV dankzij de inspanningen van de bond de voorschotten over periode 11 en 12 aan de gedupeerde medewerkers overgemaakt.
HSU zet zich in, ondanks het ontbreken van de verplichting hiertoe, om toch enkele medewerkers in dienst te nemen. “Ondanks dat er geen overname verplichting is, hebben we toch een aantal medewerkers van Suit Facilities een contract aangeboden. Een aantal wilden echter na het debacle met Suit zelf niet meer verder met deze werkzaamheden.” aldus Sertan Urganci, mede-directeur van HSU.
Weg te gaan
Om in vervoerstermen te blijven: er is in dit segment nog een (lange) weg, met nog vele haltes, te gaan. Zeker ook voor de vervoermaatschappijen. Laat de Code hierbij vooral het juiste navigatiesysteem zijn.