In 1966 werd schoonmaakbedrijf Gebouwen Onderhoud-Maatschappij (Gom) opgericht. Het had maar één klant, die goed was voor een omzet van twee miljoen gulden. Inmiddels bestaat het bedrijf vijftig jaar, is de onderneming uitgegroeid tot het Europese Facilicom en draait het een jaaromzet van ruim één miljard euro. De leiding is langs de weg der geleidelijkheid in 2004 overgedragen van oprichter Johan Geurts aan dochter Martine en schoonzoon Hans Gennissen. Clean Totaal sprak met Hans en zijn schoonvader over verleden, heden en toekomst.
Door Henk Cornelisse, lid redactie Clean Totaal
Oprichter Johan Geurts is, ondanks zijn respectabele leeftijd van 87 jaar, een goed causeur die vol enthousiasme over het schoonmaakvak vertelt. Hij denkt terug aan de beginjaren. “In de jaren zestig was sprake van kartelvorming. De schoonmaakbedrijven stemden bij inschrijving de prijzen onderling met elkaar af. Zo schreven ze wat hoger in dan het zittende schoonmaakbedrijf, waardoor deze de opdracht behield.” De gemeente Rotterdam was deze gang van zaken echter zat en vond dat zij door kartelpraktijken te veel betaalde voor de schoonmaak van hun gebouwen. Reden om de markt te verkennen en eens te gaan praten met Geurts’ bedrijf: Penning & Geurts. Een bedrijf dat weliswaar schoonmaakproducten leverde, maar geen schoonmaakbedrijf was.
Het gesprek resulteerde erin dat Penning & Geurts begin 1965 bij wijze van proef drie middelbare scholen mocht schoonmaken tegen een prijs fors onder die van huisleverancier Cemsto. Geurts: “Er werd mij in het vooruitzicht gesteld dat – als ik de juiste kwaliteit leverde – er per 1 januari 1966 een uitbreiding zou volgen van twintig scholen en dertig kleine gemeenteobjecten.” De proef slaagde en Geurts ging per januari 1966 onder de naam Gebouwen Onderhoud-Maatschappij (Gom) met vierhonderd medewerkers bij de gemeente Rotterdam aan de slag.
Successen
Geurts vertelt met zichtbare trots over zijn succesformule. Deze bestond uit het werken vanuit een gedegen organisatie en op de meest mogelijk efficiënte wijze zonder toename van de werkdruk. “Eigenlijk heel simpel. De schoonmaak bestaat uit 30 procent wekelijkse of maandelijkse activiteiten en voor 70 procent uit dagelijkse activiteiten. Ik zorgde er destijds voor, in tegenstelling tot het merendeel van de schoonmaakbedrijven, dat de wekelijkse en maandelijkse werkzaamheden daadwerkelijk uitgevoerd werden. Het besparingspotentieel zat hem in de overige 70 procent.”
De formule van Geurts sprak menig opdrachtgever aan en in rap tempo volgde het Congresgebouw Den Haag, Martinitoren Groningen, Erasmus Universiteit, de Vrije Universiteit en vele andere gerenommeerde namen. “Schoonmakers wilden de overstap naar Gom graag maken. Het was in die tijd alleen wel lastig om goede leidinggevenden te vinden. De schoonmaakbranche kende geen grote aantrekkingskracht. In de loop der jaren veranderde dit gelukkig stukje bij beetje.”
Werkgeversorganisatie
Destijds waren de schoonmaakbedrijven verenigd in de werkgeversorganisatie VSO, die later overging in AWS (Algemene Werkgeversvereniging Schoonmaakbedrijven). Door het samengaan van deze verenging en de NVOGS (Nederlandse Vereniging van Ondernemers in het Glazenwas- en Schoonmaakbedrijf) ontstond uiteindelijk het OSB. Geurts probeerde met Gom aansluiting te krijgen bij VSO, maar werd daar geweerd omdat hij niet wilde meewerken aan de kartelpraktijken. “Ik weigerde hieraan mee te doen. Het verleidde de toenmalige marktleider Cemsto zelfs tot het plaatsen van een vilein artikel over mijn bedrijf in Vrij Nederland.” Zonder succes overigens. Gom werd erkend als gangmaker binnen de branche en werd later lid van OSB. Daar vervulde Geurts later zelfs nog diverse bestuursfuncties.
Imposante ontwikkeling
In vogelvlucht sommen Geurts en Gennissen een aantal mijlpalen van het bedrijf op:
- 1966: Oprichting Gom
- 1974: Start Gom België
- 1979: Gom Security Servies (inmiddels Trigion)
- 1983: Gom Tapwacht
- 1986: Overname Breijer
- 1986: Prorest Catering
- 1989: Gom Frankrijk
- 1985: Uitzendorganisatie Intergom (later Axxicom)
- 1995: Facilicom Solutions
- 2003: Gom Engeland (via overname Permaclean)
- 2014: Lancering Incluzio (zorgsegment)
- 2016: Facilicom2.0 + 50-jarig bestaan Gom
De omzet (in miljoen euro) van Facilicom is per divisie (cijfers 2014, in miljoen euro's) als volgt opgebouwd:
- Schoonmaak: 381
- Bewaking en beveiliging: 323
- Bouwkundig en technisch onderhoud: 133
- Facility management: 99
- Catering: 47
- Personeels- en welzijnsdiensten: 36
- Horeca: 10
- Totaal: 1029
Bedreigingen
“Als je dit zo onder elkaar zet, mag je spreken over een imposante ontwikkeling”, concludeert Gennissen. Toch staat het schoonmaaksegment onder druk door verlaging van het aantal vierkante meters. Gennissen is hier eerlijk over: “Er lopen nog veel langdurige huurcontracten in het kantoorsegment en in de retailsector. Naar onze inschatting worden die niet verlengd. Dit gaat ten koste van het volume. De situatie bij V&D, het verlies van veel omzet binnen ministeries aan Rijksschoonmaakorganisatie (RSO) en de recente ontwikkeling binnen de gemeente Dordrecht – waarbij een stuk omzet richting WSW verdween – baart zorgen. Wij voorzien voor 2016 dan ook een (lichte) krimp in onze schoonmaakomzet.”
Schandalig
Gennissen toont weinig begrip voor de argumenten die Asscher c.s. aanvoert om de schoonmaak van ministeries bij RSO onder te brengen: “Het blijft ongelooflijk en schandalig dat ambtenaren en zelfs ministers met droge ogen volhouden dat deze mensen nu eindelijk een volwaardige baan hebben. De schoonmaak cao biedt mensen exact diezelfde zekerheid, inclusief secundaire voorwaarden en een goed pensioen. 80 procent van onze medewerkers hebben een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd! Dat kan het Rijk niet zeggen met betrekking tot de eigen ambtenarenpopulatie”, stelt hij. “Blijkbaar wil niemand zich daarin verdiepen en vormt men een mening op grond van excessen zoals in het televisieprogramma Rambam. Als dit soort buitenissigheden als regel worden genomen, kun je dan ook stellen dat alle ministers en topambtenaren zaken verzwijgen, de Kamer misleiden en onwaarheden spreken? Ik ga ervan uit dat dat net zo onwaar is als het beeld over de schoonmakers die geen rechtszekerheid zouden hebben en worden uitgebuit.”
Leiderschap
Op welke manier Geurts en zijn schoonzoon leiding gaven/geven aan de onderneming? Geurts: “Ik ben een man van denken en organiseren vanuit structuren. Hans richt zich meer op intermenselijke aspecten. Wij vullen elkaar wat dat betreft prima aan.” Gennissen knikt: “Zeker in een tijd waarin hospitality steeds belangrijker wordt bij het leveren van operating excellence is het meer dan voorheen aandacht schenken aan het intermenselijk aspect van cruciaal belang.”
Mogelijkheden
Kansen ziet Gennissen ook. Zo is Facilicom diverse samenwerkingsverbanden aangegaan met betrekking tot de PPS-projecten Rijkskantoor De Knoop in Utrecht en gerechtsgebouwen in Amsterdam en Breda. Gennissen benadrukt dat het echt willen samenwerken tussen opdrachtgever en opdrachtnemer van essentieel belang bij PPS-projecten is: “Alle deelnemers moeten kunnen omgaan met de veranderingen. Je gaat een proces van twintig-dertig jaar met elkaar aan, waarbij de continuïteit geborgd moet zijn. In vergelijking tot reguliere schoonmaakovereenkomsten is er bovendien sprake van een langere termijn wanneer je rendement gaat maken. Daardoor brengt de investering een langere adem qua return op investment met zich mee.”
Gennissen ziet mogelijkheden in de Participatiewet: het binnen de branche aan arbeid-beperkten een kans bieden tot het verrichten van arbeid, zolang er echter geen sprake is van verdringing op de arbeidsmarkt zoals recent gebeurde bij de gemeente Drechtsteden. De Code en het OSB Keurmerk roemt hij om de verbeteringen die ze met zich meebrengen in de sociale verhoudingen en de bijdrage die deze instrumenten bieden aan het bewustzijn van goed werkgever- en opdrachtgeverschap. Over de kansen die robotisering biedt, zegt Gennissen: “Hier geloof ik maar matig in. Schoonmaak bestaat uit perceptie, het is niet alleen het resultaat dat telt, maar vooral ook de wijze waarop het resultaat behaald wordt. Daarin blijft naar mijn mening de factor ‘mens’ essentieel.”
Facilicom 2.0
In een markt waarin andere partijen dan in de schoonmaakbranche, zoals Eurest, Sodexo en Cofely, furore maken met het leveren van integrated services, lijkt deze ontwikkeling een regelrechte bedreiging voor het model Facilicom 2.0., oftewel Facility Solutions. Gennissen: “Met alle waardering voor de partijen die je noemt, is Facilicom 2.0 echt uniek. Wij verrichten alle soft en hard services met eigen medewerkers vanuit één klantgerichte organisatie. Dit is mogelijk doordat we Facilicom Facility Solutions en Breijer Bouw tot één organisatie hebben gesmeed: Facility Solutions.” Alle diensten worden uitgevoerd onder een en dezelfde leiding, de medewerkers werken in vaste dienst van Facility Solutions of worden door de zustermaatschappijen gedetacheerd. “Er is op geen enkele wijze sprake van tegenstrijdige belangen van andere werkmaatschappijen binnen Facilicom.”
De vraag werpt zich op in hoeverre de vaste medewerkers binnen Facility Solutions geen koren op de molen zijn van CNV Vakmensen die zich inzet voor het inbedden van de functie facilitair medewerker binnen de cao. We gaan er ongetwijfeld meer over horen bij de eerstvolgende cao-onderhandelingen. Eerst is het tijd voor een feestje. Facilicom en vooral ook Johan Geurts: van harte proficiat met dit gouden jubileum!
www.facilicom.nl