Een andere praktijkcase staat in de werkplaats in Grubbenvorst. “Een stoel uit een businesslounge op een vliegveld. Slechts een half jaar oud, maar ontzettend vies. Dan heb je ontzettend veel geld betaald voor een vliegticket en moet je op zo’n stoel gaan zitten wachten. Dan ga je nog eerder op de straatstenen zitten.
Het nieuwe schoonmaakbedrijf heeft er alles aan gedaan om het op te lossen. Ik heb een heel overzicht met gegevens. De stof is niet het probleem, maar de polyether eronder, waar het vocht van de verkeerde reinigingsmiddelen meteen intrekt. Dat levert vlekken op door hervervuiling. De stoel is wel schoon te krijgen, maar reeds ontstane beschadigingen aan het polyether schuim zijn niet te herstellen. Weg investering dus.”
Terug naar de vloer, naar het imago van tapijt. Dat het onhygiënisch zou zijn en problemen zou opleveren bij allergieën is een fabeltje. “In Duitsland gebruiken ze tapijt veel meer. Want juist het tegendeel is waar. Op harde vloeren wordt het vuil steeds verplaatst. Met een stofzuiger, maar ook met een wisser of mop.
Tapijt houdt het stof op de plaats. Laatst was ik in een Hamburgs ziekenhuis. Het tapijt daar was zes jaar oud, maar vanwege schoonmaakfouten naar de filistijnen. Terwijl het heel luxe vloerbedekking was. Het leken wel chique hotelkamers. Maar ze nemen wél weer tapijt. En in een nieuw bankgebouw in Nederland zou grotendeels een harde vloer komen. Maar men besloot juist om 10.000 vierkante meter geplande harde vloer te vervangen door tapijt. Dat bleek op de lange termijn onderhoudstechnisch goedkoper.”