Ieder jaar maakt Hella Vercammen van The Legal Company voor directies, leidinggevenden en HR afdelingen van schoonmaakbedrijven een jaaroverzicht van de belangrijkste of vreemdste uitspraken in 2016 over wetgeving binnen de schoonmaakbranche. Dit is het eerste artikel:
Private aanbesteders opgelet! Deze uitspraak is van juli 2016 van de Hoge Raad en gaat over de aanbestedingsbeginselen, gelijke behandeling en transparantie, die in principe ook gelden bij private aanbestedingen van schoonmaakwerkzaamheden (tussen CCC (anoniem), Asito en KLM).
Echter, de Hoge Raad geeft aan dat deze beginselen niet bij iedere aanbesteding in acht hoeven te worden genomen. Hun toepasselijkheid is onder meer afhankelijk van de aanbestedingsvoorwaarden en de verwachtingen die de (potentiële) inschrijvers op basis daarvan mochten hebben. De contractsvrijheid van de private partijen in een private aanbesteding overrulen de aanbestedingsbeginselen. Ze mogen dan ook in de aanbestedingsvoorwaarden de toepasselijkheid van aanbestedingsbeginselen uitsluiten. Let wel, de Hoge Raad houdt voor zeer bijzondere gevallen nog wel een slag om de arm.
Praktijkadvies
Indien u als private aanbesteder (volledige) contractsvrijheid wenst en de beginselen om die reden wilt uitsluiten, is het belangrijk in de aanbestedingsvoorwaarden op eenduidige wijze op te nemen dat potentiële inschrijvers geen beroep kunnen doen op de beginselen.
Vervolgens is het wel de vraag is in hoeverre inschrijvers bereid zullen zijn een offerte uit te brengen als zij van tevoren weten dat de aanbesteder hen ongelijk mag behandelen en met de prijzen uit de aanbesteding de deelnemers tegen elkaar kan uitspelen. Lees dus als deelnemer altijd voor de inschrijving goed de aanbestedingsvoorwaarden hierop door en houd van tevoren rekening met dit afbreukrisico. Laat u bijstaan en adviseren door juridische aanbestedingsexperts binnen de schoonmaakbranche.
Casus
KLM had als private aanbesteder meerdere partijen uitgenodigd om een offerte in te dienen voor het uitvoeren van schoonmaakwerkzaamheden. Zij wenste daarbij de vrijheid te hebben (en te houden) met één zelf uitgekozen partij verder te onderhandelen over bijvoorbeeld de prijs. Dat is normaal niet toegestaan bij overheidsaanbestedingen.
Eén van de inschrijvers, CCC, had de laagste prijs geboden. KLM heeft vervolgens alle inschrijvers, onder wie Asito, in de gelegenheid gesteld de prijs aan te passen. Na aanpassing bleek CCC nog steeds de laagste prijs te hebben geboden. KLM heeft daarna, buiten medeweten van CCC, Asito gevraagd haar prijs nogmaals te verlagen. Na deze tweede verlaging van de prijs, gunde KLM de werkzaamheden aan Asito.
Oordeel Rechtbank, Hof en Hoge Raad.
Rechtbank oordeelde dat dit kon en het gerechtshof dat dit niet kon. Uiteindelijk hakte de Hoge Raad de knoop door en oordeelde dat de aanbestedingsbeginselen niet bij iedere aanbesteding in acht hoeven te worden genomen, maar dat hun toepasselijkheid onder meer afhankelijk is van de aanbestedingsvoorwaarden en de verwachtingen die de (potentiële) inschrijvers op basis daarvan mochten hebben. Partijen hebben in een aanbesteding door een private (rechts)persoon contractsvrijheid, aldus de Hoge Raad. Dat betekent dat het partijen vrijstaat in de aanbestedingsvoorwaarden de toepasselijkheid van aanbestedingsbeginselen (zoals het gelijkheidsbeginsel en het transparantiebeginsel) uit te sluiten. De Hoge Raad houdt voor zeer bijzondere gevallen nog wel een slag om de arm.
Vragen of meer weten over dit onderwerp? Mail dan naar de juridische experts voor de schoonmaakbranche: hvercammen@thelegalcompany.nl of wsalle@thelegalcompany.nl