In Opleidersland is enige roering omtrent het feit dat alle VSR (Vereniging Schoonmaak Research) opleidingen exclusief uitbesteed worden aan opleidingsinstituut SVS. Dit middels de aan de VSR gelieerde Stichting Schoonmaakkwaliteit (SKK). Een en ander zou leiden tot concurrentievervalsing, zo luidt de redenering. In een gesprek geven John Griep (VSR), Freek Veneman (VSR/SKK en schoonmaakmakelaar MBG) en Charles Scholte (SVS) nadere uitleg. Ook vroegen we Gerard Spoor, directeur van Carling Opleidingen om zijn mening. De belangen lopen nogal uiteen, maar wellicht is er een voet tussen deze deur te krijgen?
Door Henk Cornelisse, redacteur Clean Totaal
De VSR opleidingen DKS (Dagelijks Kontrole Systeem) en KMS (Kwaliteit Meet Systeem) worden beheerd door de aan de VSR gelieerde stichting SSK. DKS is een basisopleiding en wil je opstomen voor KMS, dan is vooropleiding DKS een vereiste.
SSK besteedt de uitvoering en het examineren van de VSR opleidingen volledig uit aan SVS Opleidingen. Dit is een gesloten circuit waar geen andere opleider aan te pas komt. En dat wekt ergernis in Opleidersland.
Carling Opleidingen biedt bijvoorbeeld een, naar eigen zeggen, gelijkwaardige Carling-DKS opleiding aan welke wordt afgesloten met een eigen examen en certificaat. Kosten: 435 euro.
Men stuit vervolgens op het probleem dat Carling-DKS gediplomeerden niet toegelaten worden tot de vervolgopleiding VSR-KMS. Carling DKS gediplomeerden moeten dan eerst weer de VSR-DKS opleiding via SVS volgen alvorens op te kunnen stomen voor VSR-KMS. Het Carling DKS diploma wordt door VSR/SSK dus niet erkend. De kosten van deze SVS variant bedragen overigens 645 euro (met 150 euro korting voor VSR-leden).
Wij vroegen betrokken spelers op dit schaakbord om hun mening.
Carling Opleidingen
Gerard Spoor, directeur van Carling Opleidingen zit vol met vragen: “Dit stuit ons tegen de borst. Onze DKS opleiding is kwalitatief minstens gelijkwaardig aan de VSR-KMS opleiding zoals die gegeven wordt door SVS. Waarom krijgen de door Carling DKS- gediplomeerden dan niet de kans om vervolgens aan VSR- KMS opleidingen deel te nemen? Wij kunnen deze DKS opleiding ook prima in eigen huis verzorgen en trekken zodoende geen wissel op de operationele capaciteit van SSK.”
Zijn er naar de mening van Spoor wellicht andere motieven te duiden? “Wellicht heeft het een financiële achtergrond omdat wij het mogelijk goedkoper kunnen. Nu betaalt SSK uit haar meeropbrengst een licentievergoeding aan VSR.“
In de praktijk komt Spoor regelmatig tegen dat in offertetrajecten expliciet gevraagd wordt naar het VSR-DKS diploma. “Hieraan kunnen we dus domweg niet voldoen, dit is het monopoly van de combinatie VSR-SVS!”, aldus een verontwaardigde Spoor. “Ons DKS diploma voldoet om voor ons onbegrijpelijke redenen schijnbaar niet aan de toelatingseis bij VSR-KMS, waardoor onze DKS gediplomeerden niet kunnen instromen naar VSR-KMS. Dit is er vervolgens de oorzaak van dat wij in offertetrajecten afvallen. Een dergelijk concurrentie voordeel gunnen aan SVS kan toch niet de bedoeling zijn? En als onze DKS opleiding slecht zou zijn, wat nogmaals gezegd beslist niet het geval is, dan vallen onze cursisten bij de VSR-KMS opleidingen toch vanzelf door de mand? Er heerst angst dat het SVS omzet gaat kosten.”
SSK
Freek Veneman, lid van het dagelijks bestuur van SSK, reageert bedachtzaam: “Laat het duidelijk zijn dat VSR investeert in haar opleidingen zoals zij dit nu bijvoorbeeld weer doet in KMS-3. SSK is een stichting en mag geen winst maken. Het positieve saldo laten wij jaarlijks terugvloeien naar VSR als een soort aflossing op het geïnvesteerd vermogen van VSR.”
Hoezo een aflossing vroeg uw redacteur zich af. Op de jaarrekeningen komt de term licentievergoeding voor?
Veneman: “Op de jaarrekening staat dit abusievelijk vermeld als licentievergoeding. De VSR-DKS betreft een module die past in de totale opleiding KMS van VSR. Uiteraard kan en wil ik niet oordelen over de kwaliteit van andere opleiders, maar bij SSK/SVS is dit in onze ogen prima geborgd. Ik ga er niet vanuit dat andere opleiders ons lesmateriaal oneigenlijk gebruiken, dus kan er geen sprake zijn dat zij op dezelfde manier opleiden. Ik ben ervan overtuigd dat als andere opleiders de door ons aan SVS opgelegde maatstaven qua lesmateriaal, examenvoorwaarden, docentbenadering, lesduur etc. identiek zouden volgen, zij op hetzelfde prijsniveau uitkomen dan nu berekend wordt. Bedenk hierbij ook dat wij incidenteel SVS controleren op de manier van lesgeven en de wijze van het examineren.”
VSR
Wat vindt VSR directeur Griep van de zaak? “Wij zijn content met de constructie zoals die nu succesvol toegepast wordt. Per jaar worden er gemiddeld 400 VSR-DKS opleidingen onder onze auspiciën door SSK beheerd en door SVS gedoceerd en geëxamineerd. SVS en SSK verzorgen op deze manier de VSR-opleiding. Het gaat hierbij, voor alle duidelijkheid, om onze eigen VSR-opleiding, die wij in ‘eigen beheer’ laten uitvoeren door SSK/SVS. Dit is iets anders dan het exclusief uitbesteden van een opleiding aan een opleidingsinstituut. De huidige samenwerking met SSK en SVS verloopt voor ons naar tevredenheid.”
SVS
SVS directeur Scholte bevestigt dat SVS inderdaad de uitvoerende/faciliterende partij is: “Zo verzorgen wij de opleidingen, kennen wij een online inschrijfsysteem, verzorgen wij de werving, doen wij de marketing, voeren wij de examens uit etc.. De inhoud van de opleiding en examens wordt echter volledig door SSK bepaald, hierop hebben wij geen invloed. Voor onze services bieden wij een prijs aan en deze evalueren we jaarlijks met het bestuur van SSK.”
Wel kan Scholte zich voorstellen dat deze constructie niet bij iedere marktpartij even duidelijk is. Reden wellicht om de structuur wat aan te passen, waarbij de leidende rol van SSK duidelijker belicht wordt? “Zeker, daarmee zijn we als SVS ook gebaat. We moeten al opboksen tegen het vooroordeel dat onze aandeelhouder RAS ons bij andere opleidingen zou bevoorrechten. In de afgelopen jaren zijn gefaseerd de meeste opleidingen voor alle aanbieders open gesteld en dat proces loopt door. In 2015 zal bij SVS,wat betreft de opleidingen waarop een RAS vergoeding van toepassing is, naar verwachting 97% een opleiding gevolgd hebben die wij in concurrentie aanbieden”
Open deur?
Stel nu dat een andere opleider dan SVS bereid is zich te schikken naar dezelfde maatstaven die SSK aan SVS oplegt, is het dan niet mogelijk dat zij ook de VSR opleidingen en examens kunnen uitvoeren vroeg uw redacteur zich af. Kunnen andere DKS opleidingen dan in module 1 van de VSR opleiding als toelatingseis voor de VSR vervolgopleidingen gelden? Of is er sprake van andere belemmeringen?
Veneman zegt hier enigszins terughoudend het volgende over: “Van de VSR leden ontvang ik geen signaal dat de huidige werkwijze/samenwerking niet voldoet. We kunnen binnen de huidige samenwerking autonoom groeien, dus de noodzaak om met commerciële partijen samen te gaan werken is er niet echt. Maar in beginsel is samenwerking met ander partijen bespreekbaar. Zolang dit additioneel is aan de markt die SSK/SVS bestrijkt. Geen landjepik. De desbetreffende opleiders zullen dan uitsluitend gebruik mogen maken van ons lesmateriaal, examenstof, ons toezicht op docenten /examinatoren, enzovoort. Naar ons inzicht wordt het kostenniveau van andere aanbieders dan grotendeels gelijk aan SVS.”
Kortom, de (monopoly)deur wordt niet gastvrij wagenwijd opengezet, maar wel op een kier. Wie zet zijn voet er tussen? Wel oppassen dat die deur dan niet hard dichtgeslagen wordt, want dat doet zeer. Om in monopoly termen te blijven, wordt het: “ga door naar start” of “ga drie plaatsen terug?”