“Schoonmaken zit niet in de emmer maar tussen de oren”
Peter Malaise houdt al achttien jaar als ‘goeroe en boswachter’ toezicht op de ecologische handel en wandel van Ecover. Hoe ziet hij milieuvriendelijke schoonmaak in relatie met onze samenleving?
Peter Malaise was zelfstandig consultant voor ecologische producten en kwam in 1991 bij Ecover toen de focus op milieu onder druk stond. Het beviel wederzijds en hij bleef. “Ik heb hier nooit een eigen bureau gehad. Dat is niet nodig, want rondlopen in de fabriek en met mensen praten is effectiever.”
Geen prioriteit
Ecologische schoonmaak heeft geen breinpositie volgens Malaise. “Dat geldt voor particuliere en professionele afnemers. Slechts een kleine groep heeft door hoe belastend gewone schoonmaakmiddelen voor milieu en mensen zijn. Bij particulieren gaat het om de paar procent van de bevolking die meer dan gemiddeld geïnteresseerd en milieubewust is. Bij professionele schoonmakers is het beeld landelijk verschillend. België heeft een marktaandeel van zo’n twintig procent, maar Nederland loopt achter met nog geen vijf procent. Het gebrek aan belangstelling komt door slimme industriële marketing. Milieu is geen issue, maar techniek en chemie wel. Bij de aankoop van stofzuigers, wordt alleen gelet op wattage, terwijl daadwerkelijke zuigkracht, stroomgebruik en kwaliteit van de uitgeblazen lucht niet op de agenda staan. Bij schoonmaakmiddelen wordt dikwijls een onnodige nadruk gelegd op bacteriedodend vermogen.”
Voedingsbodem
Voor een fabrikant van schoonmaakmiddelen lijkt de laatste uitspraak vreemd. Malaise: “Schoon is niet hetzelfde als bacterievrij. Schoon is niet het doden van micro-organismen, maar het verwijderen van hun voedingsbron. Alleen dan kun je ze beheersen! Als de voedingsbron intact blijft, vindt al snel herbesmetting plaats. Micro-organismen zweven immers vrij door de lucht en verontreinigen in korte tijd het oppervlak weer. Moderne schoonmaakmiddelen richten zich op tijdelijk effect en nauwelijks op het langdurige effect van het verwijderen van de voedingsbron. Schoonmaken zit niet in de emmer, maar tussen de oren.”
Immuun
Volgens Malaise is uitroeiing zelfs gevaarlijk: “De natuur laat zich niet verdringen en past zich aan. Muterende virussen en resistente bacteriën zijn aan de orde van de dag. Op termijn zullen micro-organismen dodende schoonmaakmiddelen niet meer werken en komen fabrikanten met nieuwe, zwaardere middelen die vervolgens ook weer achterhaald worden. Een neerwaartse spiraal! Bovendien is het beperken van micro-organismen slecht voor mensen. Zonder blootstelling neemt de werking van hun immuunsysteem af en krijgen ze minder weerstand. Niet voor niets zitten we nu met zoveel allergiepatiënten. Ook de schoonmaakbranche valt iets te verwijten. Veel schoonmaakwerk – zoals dagelijks de vloer dweilen – is onnodig. Je eet er niet van en raakt de vloer niet met je handen aan. Deurkrukken, telefoons, toetsenborden, liftknoppen of trapleuningen enzovoorts worden echter overgeslagen, terwijl hierop juist een voedingsbodem ontstaat voor ziekmakers.”
Milieuzorg
Ecover onderscheidt zich van andere chemische fabrieken door ver doorgevoerde aandacht voor milieu-invloeden. Malaise: “We hanteren in de keuze van onze grondstoffen een cradle-to-cradle principe. De winning en productie van – bij voorkeur herwinbare – grondstoffen moet duurzaam zijn, evenals het verwerken tot producten. Het fabriceren gebeurt in een ecologisch gebouw van natuurlijke en/of ecologische materialen, zonder verwarming of koeling. Daarnaast mag het product nooit belastend zijn voor de mensen die ermee werken of voor de natuur. Dat wil zeggen dat het product geen interactie heeft met de natuur. Het wordt volledig afgebroken en valt niet alleen maar uiteen in – mogelijk nog schadelijke – restproducten. Een voorbeeld is zeoliet in onze wasmiddelen, een soort zand zonder invloed op de waterkwaliteit zoals het gebruikelijke fosfaat of fosfaatvervangers.”
Ecolabel
Ecover heeft nooit een Ecolabel op haar producten willen plakken. Daarin komt misschien verandering. Malaise: “We worden al jarenlang gevraagd om over keurmerken/labels mee te denken en te adviseren. Kennelijk erkent de markt onze autoriteit op dit gebied. In de praktijk wordt dat echter niet gehonoreerd. Collega-fabrikanten met een label hoeven bij overheden per schoonmaakmiddel maar een A4-tje in te dienen, terwijl wij voor ieder middel in een vuistdik dossier onze – meestal betere – ecologische kwaliteit moeten aantonen. Dat kost teveel tijd en energie, Daarom overwegen we om uit praktische overwegingen voor bepaalde producten een Ecolabel te halen.”
Open blik
Malaise maakt zich zorgen over ecologie in onze samenleving en over zijn opvolging. “Ik krijg hier economiestudenten binnen, onze toekomstige leiders. De meerderheid daarvan heeft nog nooit van duurzaam ondernemen gehoord. Dat maakt me wel mismoedig. Je vraagt jezelf af wat ze dan wél leren. Ik vind dat een schandaal en spreek ze in harde bewoordingen erop aan. Ze hebben kennelijk hun ogen in de zak en volgen niet wat er in de maatschappij speelt. Hoe kunnen ze dan later ooit succesvol bestuurder zijn?” Over zijn eigen opvolging: “Zelfs binnen ons bedrijf zijn er medewerkers die naar mijn zin te weinig oog voor hebben voor duurzaamheid. Binnen Ecover ben ik een beetje het enfant terrible omdat ik mensen steeds herinner aan onze doelstelling en missie. Over een paar jaar ga ik met pensioen. Opvolgers met een brede kijk op duurzaam ondernemen zijn op de vingers van één hand te tellen. Het zal moeilijk worden om iemand te vinden die mijn rol van goeroe en boswachter kan vervullen.”
Informatie: