De kans op werk voor mensen die eerder in aanmerking kwamen voor een baan bij een sociale werkvoorziening, is afgenomen sinds de invoering van de Participatiewet. Sinds de invoering van de wet zijn de baankansen voor deze groep met een arbeidsbeperking gedaald en steeg de uitkeringsonafhankelijkheid.
Minder kans op werk
Zo blijkt uit onderzoek dat het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) uitvoerde onder 11.000 mensen die eind 2014 op de wachtlijst van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) stonden. Deze groep raakte met de komst van de Participatiewet hun indicatie kwijt en komen lastig aan een baan. Uit het onderzoek blijkt dat dertig procent in de eerste twee jaar sinds de invoering werk heeft gevonden terwijl dit voor invoering van de wet plusminus vijftig procent bedroeg.
Kortere contracten, meer uitkeringsafhankelijken
Van de banen die Wsw-wachtlijsters van eind 2014 gevonden hebben, betreft het in 51 procent van de gevallen een contract van meer dan een jaar. Bij wachtlijsters in 2010 en 2013 lag dit aantal nog op 65% en 77%. Het aantal uitkeringsontvangers is toegenomen. Van de wachtlijsters uit 2014 die in 2015 en 2016 een baan hadden, ontvangt 63% ook een uitkering. Dit is iets meer dan bij de baanvinders onder de wachtlijsters uit de periode 2010-2013. Bij deze laatste groepen bedraagt het aandeel uitkeringsontvangers 58%-60%. Meestal betreft het een Wajong- of een bijstandsuitkering.
Participatiewet
De Participatiewet is sinds 1 januari 2015 in werking getreden en heeft als doel een inclusieve arbeidsmarkt te creëren en vervangt wetten Wwb, WsW en een goot deel van de Wajong. De uitvoering van de wet ligt in handen van de gemeenten. Volgens het SCP betreft de wet nog steeds ‘work in progress’: gemeenten kregen te maken met nieuwe verantwoordelijkheden, nieuwe doelgroepen en nieuwe werkprocessen, die ze zich nog eigen moeten maken.
Tienduizenden banen extra als doel
Bedrijfsleven en overheid spraken bij de invoering af dat er tienduizenden banen extra worden gerealiseerd voor mensen met een arbeidsbeperking. De overheid haalt deze afspraken vooralsnog niet, terwijl het bedrijfsleven hier ruim aan voldoet. Volgens het SCP blijft vooral de groep die vroeger in aanmerking kwam voor een sociale werkplek ver achter.
Bezuinigingen te fors
Het Planbureau hield geen rekening met de bezuinigingen die gepaard gingen met de invoering van de wet. Volgens voorzitter van Cedris Job Cohen is de bezuiniging op de Participatiewet eenvoudigweg te fors geweest: “Voor betere arbeidsmarktkansen is er meer geld nodig voor begeleiding en ondersteuning van deze werkzoekenden. Daarnaast moet de regelgeving een stuk eenvoudiger, zodat het ook voor werkgevers gemakkelijker wordt mensen met een arbeidsbeperking als volwaardige werknemers in dienst te nemen.”
Cedris publiceerde samen met VNG en Divosa een reactie op het tussentijdse onderzoek en doen een oproep op het kabinet, de Kamer en sociale partners om de gemaakte keuzes goed te evalueren en met gemeenten en Sociale werkbedrijven te werken aan een effectievere manier om het doel van de Participatiewet alsnog te bereiken.
Kansen voor schoonmaakbranche?
Op 5 september was het onderzoek onderwerp van gesprek tijdens het radioprogramma Nieuws en Co op Radio 1. Daar werd schoonmaakonderneemster Rahma el Mouden van MAS Dienstverleners gevraagd of de schoonmaak geschikt is voor mensen uit de doelgroep: “Ik denk het wel”, was het antwoord resoluut, maar dan zou de overheid meer tools beschikbaar moeten stellen voor succesvolle integratie in het reguliere bedrijfsleven.